zondag 22 december 2024

personal4

Artikelindex

 

In de enkelvoudige Nul en ook in de dualiteit van de Hogepriesteres werd het zwarte gat geassocieerd met in- en uitgang van en naar de baarmoeder, en met de angst die dat gat oproept. De dubbele Nul die 8 is lijkt naar de zintuigen te verwijzen.

Dubbelzinnigheid zou een mooie bijnaam zijn voor Acht. Ogen, oren en neusgaten zijn een soort stereovensters op de wereld. Informatieverwerking en duiding worden in Acht in twee richtingen gemeten. De vraag die mij al lang bezighoudt is: ‘Is wat we zien, horen en ruiken een meting van de werkelijk bestaande omgeving, of zijn deze zintuigen projectoren van innerlijke beelden?'

Uit het feit dat de twee Nullen aan elkaar vast zitten geplakt, mag ik afleiden dat het hier niet om ‘of' maar om ‘en' gaat. Dat wat voor we voor waar aannemen kan alleen maar waar zijn binnen de parameters die aan een gegeven waarheid wordt opgelegd door de kwaliteit van de zintuigen en de cerebrale- c.q.mentale processen die daarmee verbonden zijn.

Voor de zintuigen is er wel degelijk een objectieve buitenwereld. Echter, vergelijken we met elkaar onze waarneming van die buitenwereld dan blijkt dat die objectiviteit behoorlijk wisselvallig is We zien, horen of ruiken het allemaal net weer even anders. Op sommige momenten is het beeld van de omringende realiteit overtuigend, op andere momenten besef ik dat realiteit een begoocheling is die niet onderdoet voor droom of hallucinatie. Het eerste spreekt vanzelf, het tweede vraagt om voorbeelden.

Visueel gesproken vergroot inademing de afstand met mijn horizon; uitademing haalt die horizon weer dichterbij. Kijkende door een auracamera zie ik voortdurende verandering in de kleuren van degene waar ik naar kijk. Geluid van trein of auto klinkt anders wanneer die me nadert of juist van me wegsnelt. Geuren passen zich aan mijn behoeften aan. Heb ik koorts dan ruikt Hysop heerlijk, Heb ik buikpijn dan zal ik me eerder tot Ylang Ylang aangetrokken voelen.

Fenomenen zijn niet dit of dat. Ze zijn al die dingen ineen en ontlenen hun verschijningsvorm aan de relatie die ze hebben met de waarnemer, en aan positie en functie binnen de eigen configuratie. Niet anders dus dan mijn geliefd kaartenorakel. Gerechtigheid naast een zwaardenkaart is een andere Gerechtigheid dan die naast een bekerkaart. Gerechtigheid voor een jurist is niet het zelfde als Gerechtigheid voor een bioloog.

Tenslotte verwijst de tweeledigheid van de getallen die vorm geven aan de Gulden Snede naar een onvolkomenheid in het kennende vermogen. Deze onvolmaaktheid blijkt de meerwaarde te zijn die de mogelijkheid tot leren en aanpassen tot voorbij de grenzen van het voorstellingsvermogen waarborgt. Aldus is er voor wanhopige geesten in Acht veel troost te vinden.

Dat wat de Acht scheidt van Dood (13) is het ‘nee' van Vijf. De kern van ons wezen wordt via de keten van geboorte en dood schil voor schil blootgelegd. We kennen dit proces ook als regeneratie en degeneratie, of vallen en opstaan. Tegen alle schillen die ons beschermen tegen expressies van chaos die we nog niet aankunnen moet het nee uitgesproken worden, waarna de nee's via verruiming van bewustzijn kunnen oplossen in een heel groot ja. Het is gek genoeg niet de dood waar we bang voor zijn maar het loslaten van de schillen.

Het wegen in Gerechtigheid is een continu proces. We worden voortdurend heen en weer geslingerd tussen allerlei staten van bewustzijn. Het ene ik steekt een sigaret op nadat een ander ik zich juist heeft uitgesproken voor een rookloos bestaan. Een derde ik zit er bij en kijkt er naar en krijgt een schop van nummer 4 met de opmerking: ‘Waarom doe je daar niets aan'?

Al deze dubbelzinnigheden maken het moeilijk de idee van Eenheid vast te houden. De halfgare uitkomsten van de eindeloze koehandel die in mezelf en in de grote wereld aan de orde van de dag zijn noem ik mijn lot, waarmee het gesloten systeem van Vier er uit ziet als in beton gegoten chaos. Het zit kennelijk in onze genen om chaos te ontkennen en er hoe dan ook steeds weer een structuur aan op te leggen waar zowel hart als brein een beetje mee uit de voeten kunnen.

Een mooi voorbeeld daarvan zijn de richtingen in politiek en economie. Ideologieën vertolken de wensen en angsten van mensen die heden en toekomst van de wereld proberen aan te passen aan de eigen overlevingseisen. Eerder hebben we gezien dat heel veel mensen heel veel verschillende ideeën hebben. De compromissen die in wet- en regelgeving worden vastgelegd zijn lang niet altijd de neerslag van wat het verleden ons geprobeerd heeft bij te brengen. Drooglegging is nooit een erg goed idee geweest. Toch grijpen we steeds weer naar het middel.

Gaat het niet over alcohol, dan wel over prostitutie, heroïne of migratie. Onderdrukking van levensruimte of levensstijl schept een zwarte markt die maffia en terroristen helpt hun duistere praktijken uit te breiden en een macht op te bouwen die zoals we zien behoorlijk uit de hand kan lopen en die de wereldorde veel meer kosten dan de winst die onderdrukking van bepaalde vrijheden oplevert.

Groepen korten en uitsluiten op grond van het feit dat ze weinig animo hebben het huidige politieke- of arbeidsethos te delen is dan ook veel eenvoudiger dan uit te vinden welke waarden de zwijgende (buitengesloten) subculturen missen in de opgelegde orde. Ik denk dat daar heel veel geluk en economie verloren gaat, en dat we daar heel veel criminaliteit voor terug krijgen.

Als we omvangrijke groepen opzadelen met regelgeving die een wat minder materialistisch levensstijl ontmoedigen, dan zullen onze straten en pleinen vollopen met daklozen, spuiters en schizofenen.

Als een samenleving de keuze tussen een bestaan op straat of een bestaan aan de lopende band niet verrijkt met een meer empathisch georiënteerd alternatief dat wat ruimte geeft aan twijfel en kwetsbaarheid, dan komt zo een samenleving zichzelf vanzelf tegen.

Competitie kent zijn grenzen. In Acht wordt dat bevestigd door de aan elkaar geplakte nullen. Het tot stand brengen van coalities, samenwerking dus, is een natuurlijke reactie op versplintering en anarchie. De betekenis van een groen boek als de Tarot is niet te vatten wanneer begrippen als dualiteit en eenheid of tussen meer en minder, niet onderzocht worden.

De weg naar eenheid ligt in het verlengde van de mogelijkheid om tot samenwerking te komen. Samenwerking kan niet opgelegd worden; is daarentegen een spontaan organisch proces. De individuele kwaliteiten kunnen in een samenwerkingsverband gehandhaafd blijven terwijl de meerwaarde die in samenwerking gezocht en gevonden wordt het ideaal van Eenheid toch dichterbij brengt. Een win-win situatie.

8 = 4 + 4

Het ommuurde bewustzijn kijkt in 8 in de spiegel; en het spiegelbeeld is al even gebonden aan het medium waarop we het beeld zien ontstaan als dat ons bewustzijn gebonden is aan de mate waarin we onze zintuigen en onze mentale vermogens hebben ontwikkeld.

De ware dubbelganger is de ‘realiteit' die we waarnemen. We kunnen in elk facet van onze realiteit betekenis en stand van de eigen ontwikkeling vaststellen. In de occulte literatuur is de grote mythe van ‘Gemini' (Tweelingen) waar Pollux de onsterfelijke Individualiteit representeert en Castor de sterfelijke Persoonlijkheid.

Bedenkende dat ‘pollution' (verontreiniging) is afgeleid van Pollux, staan we hier voor een mysterie. Pollux de Morgenster werd ook geïdentificeerd als de lichtbrenger en dus als Lucifer. Het levengevende karakter van dit symbool, ook wel voorgesteld als een inslaande bliksem, kwam net even te dicht in de buurt van de voorstellingswereld die met seksualiteit en verering van de natuur in verband stond.

Het inzicht dat ik tracht te winnen in mijn kijken naar levens- en doodbewustzijn brengt me er mogelijk toe 8, als de samenkomst tussen het ja van 3 en het nee van 5 te zien; een behoorlijk intieme relatie tussen totem en taboe. De lichtbrenger die tegelijkertijd de duivel (de bederver) vertegenwoordigt is zeker voor een door Christendom gevormd bewustzijn een lastige. Voor Christenen is Jezus de brenger van licht en eeuwig leven. Dit idool te belasten met allerlei ‘bondage'-fantasieën zal weerstanden oproepen.

Ik denk dat dit probleem hanteerbaar wordt als we in niveaus denken. Dat is tenslotte het mooie van spiralen; elke omgang speelt zich af op een ander niveau. Seksualiteit werd in feite een probleem toen de cyclus van het Matriarchaat werd opgevolgd door de cyclus van Patriarchaat. Als we ons deze overgang voorstellen als een verandering in het bewustzijn dan zien we een verschuiving van oriëntatie op moeder aarde naar vadertje hemel.

In deze overgang werd het concrete abstract; de focus werd verplaatst van natuurlijke chaos naar culturele orde, van het niet lineaire naar het lineaire.

Hoe ook, we zien in onze dagen de pendel weer terugbewegen naar het holisme, waar de chaostheorie een kopie van lijkt te zijn.

Zoals door de samenkomst van meetkunde en algebra de aanpak van complexe systemen tot de mogelijkheden begon te behoren, zo verwacht ik dat het brengen van twee verschillende invalshoeken naar dat ene bewustzijn dat ik van mijzelf heb een mogelijkheid creëert een derde weg te bewandelen. Deze bundeling levert ‘meerwaarde'. In mijn holistisch denken heet die weg het derde oog.

Algebra komt trouwens van het Arabische ‘al-jabr' dat samenbinden betekent, hetgeen intieme associaties met het woord ‘religare' oproept, dat dezelfde betekenis heeft.

Al-jabr betekent ook transformatie, hetgeen de relatie met de meerwaarde theorie versterkt.

De betekenis van de samenkomst tussen algebra en meetkunde voor een kwantummechanische benadering van de materiēle en psychologische ‘realiteit' en het daaruit ontstane vernieuwde wereldbeeld zou wel eens belangrijker kunnen zijn voor het zoeken naar de verbinding met uitgebreider vormen van bewustzijn dan de gecombineerde inspanningen van alle esoterici tezamen.

Na het marginaliseren van het religieuze (het samenbindende) denken, en door te slaan (Ronald Reagan en Maggie Thatcher) naar de seculiere uitwerking van deze ontbinding waarin samenlevingen nog slechts vrije markten zijn, is het ironisch op te merken dat uitgesproken de wetenschap met ontwikkelingen komt die naadloos passen in onze zo onderbelichte lingo-mythologische tradities; om er maar eens een mooie term tegen aan te gooien. De vrije markt economie die door de meeste Westerse staten heilig werd verklaard wordt nauwelijks meer onderschreven door de economen. Wetenschap en mythologie beginnen ineen te vloeien.

Alles wat we zien, horen en ruiken overbrugt afstand, een beweging richting eenheid. Noem ik de waarneming van deze zintuigen prikkels en ga ik er van uit dat deze prikkels aantrekken dan wel afstoten, dan kan ik dit ‘feedback' mechanisme beschouwen als een navigator in de duikboot naar een dieper innerlijk weten.

Uit mijn belangstelling voor de aromatherapie leerde ik dat veranderingen in mijn constitutie ook mijn voor- en afkeur van bepaalde geuren beïnvloed. De geur die ik nodig heb voor herstel komt bovendrijven als mijn favoriet.

Omdat we niet getraind zijn in aandacht voor deze prikkels lijken veel van onze keuzes te berusten op intuïtie, waarvan bekend is dat je die niet met een simpel commando kunt mobiliseren.

Een hond is perfect in staat om angst te ruiken, een spoor te volgen of te vluchten voor de vloedgolf zijn hok bereikt. Hier wordt gesproken van instinct, maar het is goed mogelijk dat honden simpelweg helderziender, helderhorender en helderruikender zijn dan hun baasjes. Als het waar is dat dieren, zonder ooit van een chaostheorie gehoord te hebben toch hun weg kunnen vinden in de caleidoscopische aard van het energetische aspect van de werkelijkheid, dan voel ik me serieus aangemoedigd zintuigontwikkeling wat hoger op de prioriteitenlijst te zetten.

In een discussie met een aromatherapeute in Engeland waarin we probeerden na te gaan in welke mate Aura- en Kirlianfotografie een rol kon spelen bij de diagnose in fyto- of aromatherapie, verzuchtte mijn gesprekspartner (ingaande op het probleem dat de energetische vuurdans bij elke gedachte of prikkel verandert) dat de complexiteit van deze benadering zonder twijfel nooit van de grond zou komen zonder gebruikmaking van technieken zoals die in de chaostheorie worden ontwikkeld.

En ik vermoed dat ze daar gelijk in heeft. Dat was ook de eerste keer dat ik de overeenkomst begon te zien tussen holisme en complexe systeemtheorieën; een beetje naïef als ik bedenk dat ‘ecologie' al heel lang een van de sleutelwoorden is in het chaos-denken.

Bekijken we waarnemer en waargenomene als één systeem dan is niet meer na te gaan of het de waarnemer is die stuurt, of het waargenomene.

Serendipiteit is de gave om toevallig waardevolle ontdekkingen te doen. De samenkomst van deeltjes die samen een lichaam vormen is door recombinatie van die deeltjes, door de uitwisseling van eigenschappen, in een voortdurende staat van vernieuwing, zoals in de geslachtsgemeenschap de eigenschappen van de ouderlijke chromosomen tot een uniek ‘nieuw' wezentje leidt.

Serendipiteit is misschien wel een heel deftig woord voor een immer doorgaand leer- en aanpassingsproces, een proces dat toevallig lijkt maar net als de eenvoudiger lineaire processen aan innerlijke wetten is gebonden. Wetten lijken controle en voorspelbaarheid dichter bij te brengen, maar het soort wetten waar het hier om gaat worden juist gedefinieerd in termen van onzekerheid en onvoorspelbaarheid.

Het is geheel in lijn met al het voorafgaande de zaak hier om te draaien.”Ik kan dan zeggen: ‘Alles wat we zien, horen of ruiken zijn boodschappen van het eigen (on)bewustzijn. Bevalt de boodschap dan vervolg ik mijn weg. Bevalt die boodschap niet dan verander ik van koers, althans dat mag ik hopen.

De twee openingen waardoor ik geur, kleur of geluid binnenlaat staan model voor de mogelijkheid binnen elke afzonderlijke waarneming een eigen mix te creëren; staan ook model voor een andere manier om naar het leerproces te kijken als een voorwaarde voor overleven in de chaos van voortdurende verandering en het creëren van steeds weer uniek afwijkende perspectieven.

Tenslotte is alle creatie de uitkomst van een leerproces, en zet op zich nieuwe leerprocessen in werking. Me bewust te zijn van dit onbekende bekende bestaan, is het deel dat ik voor mezelf zoek in die grote amorfe ruimte van eindeloos leren.

In het ecologisch geheel der dingen moeten we er als soort voor oppassen dat we zelf niet een weg worden die verlaten wordt omdat we in de concurrentie binnen het geheel van alle delen die hun erfelijkheid willen inbrengen als schadelijk of als onvoldoende relevant worden ervaren.

In het spel van verdwijningen en verschijningen zullen we best wel weer gerecombineerd worden in een andere ecologische context, maar waarom door te gaan op die weg van eindeloze regressies? Het is allemaal zo pijnlijk.

Inderdaad, geeft acht!

Als ik verder doordenk over de manier waarop ik zie hoor en ruik, of over de manier waarop indrukken op het moment van binnenkomen, als ze niet subliminaal worden opgeborgen, direct worden gemengd met reeds inwendig aanwezige inhouden, dan kom ik uit op een bewustzijn van een wereld die op zijn minst minder is dan perfect.

Zou ik mijzelf kunnen ledigen van mijn inhouden en de wereld zien zoals die zich laat zien dan zou ik vermoedelijk geen afzonderlijke delen meer onderscheiden, maar één geheel. De ruimte tussen twee voorwerpen in zou niet meer ervaren worden als een leegte maar als een verbinding, een overgang of een noodzakelijk compositorisch element in schilderij of muziekstuk.

Natuurlijk gaat het in alle getallen om relatie, maar in Acht word ik wel heel erg uitgenodigd om na te gaan hoe zuiver of hoe ingekleurd mijn relatie met mijn incarnatie nu eigenlijk is.

Wil ik wat ik wil? Geloof ik wat ik geloof? Verdien ik wat ik verdien? Of zijn de waarden willen, geloven of verdienen ‘polluters' (vervuilers) die werkelijke relatie in de weg staan?

Een kerkelijk ritueel op de TV doet mij kerkwierook ruiken alsof ik dat zojuist heb aangestoken. De vriend die ik in de menigte ten onrechte meende te onderscheiden duikt een minuut later ineens op. Mijn naam wordt geroepen maar ik zie niemand die roept.

Dit zijn ervaringen die we allemaal kennen. Ik vind ze interessant omdat ze een dissonant zijn in mijn ordelijke wereld waar alles zich voorspelbaar lijkt te gedragen. Ze relativeren mijn vertrouwen in de manier waarop ik mijn zintuigen gebruik, en ze openen mij voor de wonderschone verhalen van Leda en de Zwaan, van Castor en Pollux of van het Woord dat Vlees werd. 

De dubbelheid van ogen, oren en neus wordt voortdurend ingezet om te focussen of juist te dissociëren. In sommige culturen wordt het scheel kijken toegepast als een soort schakeling naar een analoge (magische) werkelijkheid.

Scheel horen of ruiken, het werkt allemaal hetzelfde. Ik moet me bewust worden van een omgeving die de Eenheid niet uitsluit maar insluit, ook al manifesteert die Eenheid zich als een dubbelbeeld.

Ik ben dat dubbelbeeld.

En Ik is ‘I' is ‘One'. Meerwaarde wordt gevonden in de vereniging van delen, en vereniging kent geen conflict met de Eenheid. En dan hoop ik maar dat eventuele lezers dit een sexy voorstelling van zaken vinden.

 

Partij voor de Liefde

Online

We hebben 70 gasten en geen leden online

Search

Ander Nieuws +