Al eerder keek ik naar het succes van een door vrouwen gedreven land en tuinbouw waarbij de mannelijke jacht steeds minder belangrijk werd voor de overleving van de soort. Jacht kon eenvoudig omgezet worden in veeteelt en zeker – zoals de geschiedenis laat zien - ook in krijg. Ik luister naar heroïsche jachtverhalen bij een groot open vuur waaromheen geduchte krijgers het opjagen en doden van prooi in dans uitbeeldden en daarbij als terloops ook een demonstratie van viriliteit gaven. Een andere verandering, die van brons naar ijzer, kwam de krijg zeer ten goede, en kan gezien worden als een overgang van een bestaande orde naar onrust en verandering. Een spel dat middels statische en dynamische impulsen in voortdurende dialectiek gespeeld wordt door Vrouwe Evolutie zelf. Nu de niet altijd gedocumenteerde ‘side effects van mannelijke dominantie tot ons zijn doorgedrongen zie ik de slinger weer langzaam richting de Godin kruipen.
Van Mozes is bekend dat God hem maande zijn staf op de grond te gooien waarna die in een slang veranderde. Mozes vormt samen met Aaron een dubbelbeeld, zoals dat bij Thoth en Maat ook het geval is. Aaron wordt op veel plaatsen beschreven als de broeder van Mozes. Maar als ik dieper duik zie ik dat Aaron vergeleken wordt met Abel die niet de mannelijk maar wel de vrouwelijke God dient, zoals zijn voorgeslacht dat deed. Door alle mythologie heen zien we die jaloerse strijd tussen de delen in dit dubbelbeeld. Ook in de Tarot wordt in commentaar van Crowley naar voren gebracht dat we de Geliefden wellicht Kaïn en Abel kunnen noemen ofwel ‘de gebroeders’. Op de archetypische weg die ik hier bewandel ziet het er naar uit dat mannelijke en vrouwelijke inhouden op moeten houden elkaar te domineren en door versmelting van die inhouden nieuwe waarden te scheppen die we niet alleen nodig hebben voor onze overleving maar vooral ook om de overeenkomst te zien tussen synthese enerzijds en de liefde waar de geliefden van dromen anderzijds. Zes het getal van evenwicht. De oneindige creatie van synthese wijst de weg, een weg van vereenzelviging en eenheid. De uitdrukking, ‘een adder aan (of in) de borst gekoesterd te hebben’, gaat wat mij betreft ook over de kruiperigheid van een mens die voortdurend zijn mening aanpast en aldus zijn ware aard tracht te verbergen. Maar opinies blijven opinies en vormen geen maatstaf voor welke werkelijkheid dan ook.
Koperen slangen zijn attributen van Thot en Hermes en hier dus ook Mozes. De slang die later vooral ook gezien werd als serpent en duivel. Het zijn allemaal beelden die te maken hebben met een lange traditie waarin de Maangodin centraal stond, een traditie die overrompeld werd door een transseksuele golf die vrouwelijke woorden en gebruiken bedekten met het nieuwe schrift van de mannelijke Godheid. Ook hier dus de strijd tussen mannelijke en vrouwelijke dominantie. De slang, voordat die transformeerde tot Satan, was de raadgever van de vrouw. Misschien is het te simpel hier om te constateren dat de schoonheid van flitsend metaal tot op de dag van vandaag wordt gevierd in militaire parades en een revolutionaire vervanging van natuur door cultuur. Als ik de tekenen goed lees mag ik aannemen dat we het keerpunt bereikt hebben.
Abel was net als Mozes een ‘herder’ Kaïn een landbouwer.
In oudere tijden betekende Kaïn ‘speer’, en Abel ‘ademhaling en vergankelijkheid’ Te veronderstellen dat elke oude orde zich met hand en tand verzet tegen welke vorm van nieuwlichterij dan ook lijkt me tamelijk logisch, hoe geharde terroristenbestrijders daar ook over moge denken.
In mythologische context werden Kaïn en Abel voorafgegaan door Ahriman en Ahura-Mazda, Ahriman, het boze en Ahura Mazda voor het goede. Het offer dat het lagere brengt aan het hogere is in zekere zin het verhaal van de evolutie zelf. Wij smeden onze toekomst in de metalen loop van een kanon of in de energie van een nucleaire reactor. Deze betoveringen laten ‘buurtje boompje beestje’ ver achter zich. Torens worden opgericht om onze nieuwe koers uit te zetten; een chaotisch proces waarbij het sterke en het zwakke steeds opnieuw hardhandig gedefinieerd worden. Op zich is hier niets mis mee zolang niet uit het oog verloren wordt dat de keus waar we macht en kracht concentreren, in het individu of in de groep, steeds opnieuw gemaakt moet worden. Bedenkende dat Abel ook geassocieerd wordt met het Lam dat in bepaalde kringen voor het Christusbewustzijn staat word ik bezocht door vragen als, ‘Hoe kan een en hetzelfde symbool nu staan voor het hogere bewustzijn en tegelijkertijd voor vergankelijkheid. In 4 X 4 gaat het om het gebruik van woorden en definities. In dit verband kan ik niet anders dan veronderstellen dat elke voorstelling van het hogere bewustzijn voorlopig is. Hemel en hel zijn niet minder in ontwikkeling dan bewustzijn waarin voortdurende aanpassingen en veranderingen aan de orde van de dag zijn. Als er niet genoeg souplesse zit in de torens van onze verwachtingen dan moeten we bij elk noodweer vrezen voor de ondergang van dit soort constructies. Met de bewapening van wat metaal zien we hoe er toch samenwerking mogelijk is tussen Kaïn en Abel. Het gaat hier over de wrikbaarheid van het onwrikbare De natuur heeft daar geen moeite mee en zwiept als het haar uitkomt alle gekunstelde posities in machtige stoten uit de weg. De Toren is het conflict tussen wat is en wat het volgens jou of mij zou moeten zijn.
Dat maakbaarheid toch echt een illusie is heeft in dit archetype geen advocaat nodig. De feiten spreken voor zich. Natuur en cultuur hebben nog wel het een en ander te verhapstukken met elkaar, en in elk apocalyptisch scenario worden we toch vooral herinnerd aan de (1 + 6 =) zeven die juist ook in de Bijbel plagen, Zeven staat in dienst van evolutie”, van begin en einde, de Zevende dag van de schepping en de Zeven plagen in Openbaring.
Wikpedia zegt over de Zeven:
“7; Het heilige getal bij uitstek: 3 + 4, ofwel het getal voor de drie-ene God en vier, het getal van de wereld. De vier elementen en de vier windstreken en uiteinden. De zeven scheppingsdagen. De zevenarmige kandelaar. De zeven gaven van de Geest: wijsheid, verstand, raad, sterkte, godsvrucht, wetenschap en ontzag voor God . De zeven deugden: geloof, hoop en liefde (drie goddelijke deugden) en voorzichtigheid, rechtvaardigheid, sterkte en matigheid (vier zogenaamde hoofddeugden). De zeven hoofdzonden: hoogmoed, gierigheid, nijd, onkuisheid, onmatigheid, wrevel en traagheid.
Het dierlijke (binnen en buiten de mens) staat wat onze kijk op de evolutie betreft op een hoger plan dan het minerale en vegetatieve. Ik denk dat deze hiërarchische orde onwaarachtig is en dat de constructie van zo een orde een holistischer kijk op de zaak in de weg staat. Zullen de laatsten de eersten zijn? Is de sterke man niet de zwakke schakel in ons holistisch verhaal?
Wij hebben onszelf uitgeroepen tot de kroon van de evolutie, maar misschien wordt die kroon wel gedragen door amoebe, bacterie of virus. Zolang we daar geen contact mee maken zullen we dat niet weten.
Vermoedelijk is er iets mis met mij, maar Ik houd van mineralen en gaandeweg ben ik de inhoud van het bovenbewuste als een reflectie gaan zien van de inhoud van de aarde. Wie het kristal in zichzelf ontdekt ontdekt ongekende helderheid in het waarnemingsvermogen, dan wel in de beleving van een transcenderende werkelijkheid..
Jezus, het lam Gods, kwam niet om vrede te brengen maar het zwaard. Als we de binnenwereld willen veroveren gaan we onszelf wellicht, net als sommige Indianen ‘warriors’ noemen. Onder ons zijn er ook die het de strijd voor Gods koninkrijk noemen.
Deel van de symboliek van het Christusbewustzijn bestaat uit het afzien van koningschap over de uiterlijke wereld, waar het ego met juridisch, goed doortimmerde eigendomspapieren veel synergie wegzuigt uit de noodzakelijke inspanningen in het verleden gemaakte fouten recht te zetten. Met het toenemen van de hoogte van onze bouwsels worden de gevolgen van aanslag of inslag steeds onoverzichtelijker. In de film, ‘Towering Inferno’, wordt de prestigieuze competitie van opdrachtgevers gezien als een steeds groter probleem voor brandweer en andere hulpverleningsdiensten. Ik neem aan dat de realiteiten die wij creëren een weerspiegeling zijn van een innerlijke staat van bewustzijn. Als opvoeding en onderwijs geen basis leggen voor een meer introspectieve ontwikkeling, geen weg aanleggen die de bovenbewuste gebieden toegankelijk maken, dan faalt die opvoeding en moeten we ons behelpen met zeer beperkte en vaak zeer agressieve zelfbeelden.
Af te zien van iets dat we niet bezitten, en ook niet kunnen bezitten, is een lastig verhaal voor kolonisten, voorstanders van intellectueel eigendom, of voor allianties die zijn ‘opgericht’ om de belangen van de succesvollen veilig te stellen.
Dat gaat vooral ook op als het over de toegang gaat tot fossiele en minerale bronnen.
Als ik Zeven associeer met ‘de dief’ (zie de 7 in de Zwaardenserie) heb ik het over een mentale toestand die het ego boven alles stelt en zeker geen boodschap heeft aan het algemeen belang. Een belang dat dwars door alle schepping heenloopt en eigenlijk alleen begrepen kan worden binnen het holistische denken waarin alles met alles verbonden is en niets kan bestaan zonder het geheel. Bouwers moeten met hun sterkteberekeningen bekijken wat de draagkracht is van elke laag in relatie tot hetgeen daar nog bovenop moet komen. Als de torens vallen zijn de koningen die de opdrachten gaven voor hun verwezenlijking in de regel al lang dood. Zelfs in de moderne tijd waarin alles steeds sneller gaat komt het voor dat opdrachtgevers hun scheppingen niet overleven. De architect of de bouwer zit daar niet mee. De volgende koning zal een gebouw willen neerzetten dat toch weer net even hoger is dan die van zijn voorgangers.
Hoe de rollen ook ingevuld worden, feit is dat erfrecht niet hetzelfde is als de wijsheid van individuele waterdruppels die voortkomen uit de wereldzeeën en daar vervolgens weer in terugkeren. De winsten van het verleden zijn nodig om de ellende van het verleden mee op te ruimen en leergangen op te zetten die toekomstige bouwfoutjes kunnen voorkomen. Bedenkende dat de onderwereld substantieel onderdeel uitmaakt van onze piramidale dromen durf ik daar niet al te optimistisch over te zijn. Niet voor niets wordt de bouwwereld veelvuldig te innige verbondenheid met de geest van de maffia verweten.
Kaïn was de eerstgeborene en gunde zijn jongere broer het licht niet in de ogen.
Abel stond dichter bij het dier dan Kaïn. God’s welbehagen in datgene wat wij nu juist zo weerstaan, onze dierlijke afkomst, heeft niet alleen Kaïn in conflict gebracht met de leringen van de dierenriem en al die fabelachtige wijsheid die de op de bron gerichte primitief doorgaf aan volgende generaties. Slim als een vos, sterk als een beer, hongerig als een wolf, kraaien als een haan enz.
Op het moment dat ik dit schrijf wordt de roep om de aarde te sparen voor ons nageslacht steeds luider. Tegelijkertijd neemt het historisch besef af. Wie dat laatste ‘een recept voor onheil’ noemt zou wel eens gelijk kunnen hebben.
Wat ik niet van plan was mee te nemen in mijn beoordeling van de mythische hutspot rond dit archetype is het gerucht dat het motief voor de broedermoord vooral in de vrouwen van die twee gezocht moet worden. Maar ik kon de verleiding niet weerstaan.
De ene zou mooier zijn geweest dan de andere en dat kon Kaïn niet over zijn kant laten gaan..
Hoe ook, wel is duidelijk dat je welhaast een mythologisch archeoloog moet zijn om al die lagen van interpretatie nog te kunnen verbinden met de eigen ontwikkeling. Het beeld van de werkelijkheid is, net als de Toren, gelaagd. In het geduldig blootleggen van die lagen krijgt dat beeld wat meer substantie en komen nieuwe mogelijkheden beschikbaar voor de beoordeling van problemen die te maken hebben met de eenzijdigheid in keuze voor deze of gene laag, met uitsluiting van bewustzijn van al die andere lagen.
Een voorbeeld is de geneeskunde die alsmaar speurt naar methoden om de grens tussen dood en leven op te schuiven, richting onsterfelijkheid, terwijl evolutie juist gebaat is bij generatiewisseling en trial and error. Ik neem aan dat onsterfelijkheid een concept is dat we vooral op de geest toe horen te passen. Lukt dat, dan kunnen we altijd nog zien wat dat betekent voor onze ontwikkeling in de materiële sfeer.
Hiermee kom ik weer uit bij dat beeld van identiteit. Natuurlijk ben je geen boekhouder, dokter of prostituee. Je bent een mens met talloze mogelijkheden waarvan er in de regel slechts een is ontwikkeld. Dat is dan mijn bolwerk, mijn piek. Ik heb heel wat horoscopen bekeken op de bezetting van de vier elementen. Het werd me duidelijk dat deze eenzijdigheid reeds in de geboortehoroscoop ligt verankerd. De spectaculaire inslag op kaart 16 kan opgevat worden als een signaal. Veelzijdigheid komt niet zonder inzicht in de Status Quo, een inzicht dat tot stand komt onder druk van innerlijke, archetypische noodzaak. Uiteindelijk moeten we worden wat we zijn en niet wat we aangenomen hebben te zijn, of wat welke omstandigheden dan ook ons voorspiegelde te zijn..
Al of niet bewust bestaan er verwachtingen over een leven dat niet ophoudt bij de dood en over de eenheid van alle dingen. In die veel grotere ruimte blijken nederlagen juist vaak triomfen te zijn, omdat ze verbinding tot stand brachten tussen rationaliteit en gevoel, tussen lucht en water. De pijn van het lijden is geen vergeefse exercitie. In die vuurzee zijn al heel wat beperkende egobeelden verdampt.
De uitdaging hier voor de verbeelding is enorm. Stel, ik ben een druppel in een oneindige oceaan. Dat zou betekenen dat ik met elke andere druppel ooit wel eens in contact ben geweest. Dat zou betekenen dat bij toename van bewustzijn er herinnering moet ontstaan aan alles dat zich in die wereldzee heeft afgespeeld. Dit soort bewustzijn wordt Akasha genoemd, maar staat zoals eerder geconstateerd.bekend onder vele andere namen.
Omdat tijd geen rol speelt in de eeuwigheid strekt deze herinnering zich niet alleen maar uit tot het verleden maar omvat ook wat wij de toekomst noemen. Stel je dat maar eens voor en duizelingen zijn je deel. Bewustzijnverruimende middelen hebben mij op het idee gebracht dat dit soort duizelingen niet alleen associëren met hoogtevrees maar ook met de grenzeloze ervaring van eenheid zoals we ons die in een holistisch bewustzijn voorstellen. Het is opmerkelijk te constateren hoe dol kinderen zijn op de duizelingen die kermis en pretpark bieden.
Hoge torens bieden weidse uitzichten.
Het bereiken van een meer omvattende visie luidt het einde in van ego-elementen die vereenzelviging met grotere concepten in de weg zitten. De intuïtie dat het offeren van ego aangenomen zal worden door juist de ruimte waarin de hogere verwachtingen huisvesting vinden, heeft ontelbaren geleerd om bij het woord ‘verlossing’ omhoog te kijken, of liever: ‘Het gevoel te verbinden met de grote leegte die we ervaren als ons hemelgewelf. Wie daar een oefenruimte ziet voor persoonlijke ontwikkeling moet bedacht zijn op verschijnselen die met hoogte en hoogtevrees samenhangen. Duizelingen, net als ademnood, kunnen verward worden met mystiekerige staten van zijn. Duizelingen kunnen flauwtes aankondigen die je op die hoogte beter kunt vermijden. Of je moet een getrainde derwisj of sjamaan zijn waar het innerlijk oog geopend is en kennis is verzameld die veiligheid moet bieden wanneer studenten zoals ik zelf de innerlijke spin beginnen te ontdekken.
De hoge bomen die blootstaan aan veel wind doen me denken aan hoge bliksemafleiders.
In beide gevallen zijn goede worteling, fundering of aarding aan te bevelen.
Dat het menselijk fundament gezocht kan worden in onze dierlijke, emotionele natuur is wat oude fabeldichters voor ogen hadden.
Solidariteit met die laag gaf levensruimte aan de Partij voor de Dieren. Hoe serieus deze partij al of niet genomen moet worden is minder belangrijk. Het feit dat ze bestaat is een symbool voor de urgentie onze basis te herontdekken. Zou ik mij net zo gedachteloos kunnen ontspannen als mijn poes dan zou ik zelfs niet meer bevreesd hoeven te zijn voor eerdergenoemd verlies van mijn overdreven egocentrisme. Dit offer was geen offer maar een geschenk aan mijn innerlijke noodzaak harmonie te bewerkstelligen in de verticale kolom die veelvuldig wordt geassocieerd met de innerlijke opstapeling van (1 + 6 = 7) chakra’s; terwijl de bliksem staat voor bewustzijnsstromen die voor de onvoorbereide letterlijk dodelijk kunnen zijn maar voor de toegewijde leerling de bevrijding door kundalini representeert. De gedachte dat het licht van boven gebruikt kan worden om de innerlijke duisternis te bestrijden is hier richtinggevend. Op dat principe zijn heel veel gebeden, mantra’s en meditaties gebaseerd. Verbindingen maken en eenheid creëren, eenheid die een helder, nieuw licht werpt op veelheid; dat is de essentie van mijn symbolische ommegang.
Dat is ook het doel van de kabbalist. De levensboom te doorgronden en de energiestromen die de verschillende sferen verbinden tot bewustzijn brengen. Google verwijst naar de dubbelzinnigheid van bliksem die als hemelse slang naar de duivel (Lucifer) verwijst maar waarvan ook gezegd wordt: ‘Estrusken en Romeinen zagen het betekenis geven aan de bliksem – bliksemschouw of brontoscopie (Gr. bronté, donder) – als een hulpmiddel bij de uitleg van een orakel’. De bliksem met een Aha-erlebnis te vergelijken is zo gek nog niet. Want ook gevonden in Google: ‘de bliksem is de geboorte van het licht en bezit de kracht te transformeren’.
De bliksem als voorbeeld te gebruiken voor de werking van kundalini geeft wat meer tastbaarheid aan symbolen die naar de aard van hun dubbelzinnigheid ons juist ook kunnen vervreemden van de ‘glory road’ die we zoeken te bewandelen.
Het verhaal van Kaïn en Abel gaat over de spanning tussen verschillende staten van bewustzijn en sinds de dagen van Genesis zie ik weinig verandering in de uitdaging te begrijpen waarom gekozen wordt voor het dierlijke- boven het minerale en vegetatieve bestaan.
Vanuit het aardse perspectief willen we dat wat we denken te zijn tot ontwikkeling te brengen. Vanuit de Geest zijn we bereid alle aannames over dat zijn te offeren en ons met huid en haar over te leveren aan de EENHEID. Want de Toren als uitroepteken in het landschap kijkt ver over de grenzen van onze normale visie waarbij geconstateerd moet worden dat die grenzen een nogal virtueel karakter hebben. Als kind verwachte ik bij mijn eerste grensoverschrijding een lijn in de aarde aan te treffen, net als in mijn schoolatlas, en dat ik bij overschrijding ook een andere kleur aarde te zien zou krijgen. Niet dus!
Het landschap liep gewoon door, dennenbomen waren ook aan de andere kant dennenbomen.
Wellicht de eerste concrete demonstratie van het zo binnen zo buiten verhaal.
Identiteit leek slechts kenbaar te zijn in termen van kontrast. Het gras aan de overkant leek groener. Maar ik hoefde de theorie alleen maar te toetsen aan de ‘werkelijkheid’ om te ervaren dat het identieke in identiteit een veel grotere rol speelt dan de scepsis die ik steeds tegenkom wanneer ik me richt op de EENHEID in de wereld. Relatie wil altijd beginnen in de relatie met het eigene, het zelf. Daar wordt het fundament voor EENHEID gelegd.
Talent, een innerlijk fenomeen, wil zich nog al eens beschikbaar maken voor een ruil tegen klinkende munt, een uiterlijk fenomeen. Zonder talent, zonder klinkende munt kun je de top wel vergeten. Maar waar het klinken ophoudt begint de stilte, zoals het steeds stiller wordt wanneer we het dal verlaten en steeds hoger stijgen. En of het nu de race is om de rijkste man ooit te zijn, of je bent de mysticus die God op de hoogste troon situeert, het is die toenemende stilte die, net als alle concentratie, een verandering, een grensoverschrijding, voorbereidt. Opperste stilte wordt toegeschreven aan de dood, symbool van een bewustzijnsstaat waar EENHEID ervaren kan worden, eenheid en een stoet van aandoeningen die we in het dal niet kennen. Dood bleek een offer te zijn waar eng bewustzijn plaats maakt voor verruimd bewustzijn, zoals we van grote hoogte een veel groter gebied kunnen overzien.
(Google) ‘Wanneer je niets te zeggen hebt, zeg je dit door te zwijgen, daardoor kunnen andere dingen spreken’.
Kan ik er geen hoogte van krijgen, dat overkomt me regelmatig, dan zal voeling met de transcenderende werkelijkheid ook uitblijven. Het met de grond gelijk maken van mijn ingebeelde groei of vooruitgang beschouw ik daarom als een genadestroom die mij gestadig duwt in een richting waar woorden ingewisseld worden voor ervaringen. Ervaringen die ik dan toch weer in woorden wil vatten. En zo groeit de boom hoe langer hoe dikker, en hoger! We leven in een expanderend heelal; wie daar tegen in gaat is een dwaas. Groei en vooruitgang zijn de norm. Echter, gezien de kwaliteiten van Nul valt er, dat toont onze werkelijkheid elke dag opnieuw, met dwaasheid goed te leven.
Denkende aan dwaasheid stuit ik op de gedachte dat het veel voorkomende excuus, als zou een mens alleen niet veel tot stand kunnen brengen, vooral wordt aangevoerd om de ontwikkeling van de innerlijke talenten uit te stellen.
De ketenen van de Duivel zijn in 16 onzichtbaar gemaakt, althans vervangen door een autootje voor de deur en een niet altijd even gezonde boterham met tevredenheid achter de deur. We kunnen het er van doen. Wat we verkwanseld hebben is onze vrijheid om in de richting te groeien die gevoel ons voorhoudt. Wat dat betreft kunnen we nog wel wat leren van bloemen die zich altijd automatisch op de zon richten.
Dat de veggie burger (Kaïn) het steeds weer aflegt tegen de hamburger (Abel) kent een mythologische verankering waar obesitasdeskundigen wellicht wat kunnen leren. Dat we onze zaden en groenten begeerlijker zouden vinden wanneer we de eigen dierlijke natuur herkenden en wisten te waarderen, is – behalve in tantra en oude vormen van geneeskunst – een nog niet ingenomen standpunt. Wij staan immers boven die dierlijke natuur. Wij staan boven de natuur ‘full stop’, en de rekening die ons voor die arrogantie gepresenteerd wordt is monsterlijk.
Kom je er niet uit bedenk dan dat de alomtegenwoordige paradox nu eenmaal wil dat kiezen een of-of verhaal creëert, terwijl we op zoek zijn naar een en-en verhaal. In 14 ging het om de maat, in 15 om mateloze begeerte. Zou het in 16 dan niet om disciplines gaan die hoogte in diepte ervaart, maat in mateloosheid, spraak in stilte - en dus ook de vegetatieve staat in onze vliegerige- en op hol geslagen beestachtigheid.
We zijn wat we eten maar verlichting komt niet door het mondje. Wie hier brood van kan bakken mag van mij de hoogste zeepkist beklimmen en mijn ziel verheffen. Hyde Park here we come!
4 X 4 is het toppunt van berekening en materialisme.We incarneren in materie maar mogen van die materie geen gouden kalf maken. De bedoeling is dat we die materiele kant van ons zijn tot transformatie brengen, maar over de manier waarop dat gebeuren moet bestaat geen eenduidige formule. Een vijandige houding ten opzichte van seks vormt geen bewijs van deugdelijkheid. Maar voor zover seks een fysieke kant heeft zal het die kant zijn die in de transformatie deelt.
Ons talent wil gewoonlijk beloond worden met klinkende munt. Om een succesvol zakenman te zijn kan het effectiever lijken om onvruchtbaar gebazel over talenten en gevoel uit je hoofd te zetten. Handigheid, slimheid en meedogenloosheid zijn de attributen van de persoonlijkheid om te triomferen over Geliefden die het te druk hebben met de emotionele problemen van een weinig-creatief bestaan.
Zes (Y) is het dubbelbeeld van de geestelijke wereld die de materiele wereld doordringt en de materiele wereld die verlichting zoekt in de geestelijke wereld, symbolisch voorgesteld als de zespuntige ster van David.. Dank zij de nazi’s is dit symbool nu ook verbonden met de vernietiging van hetgeen door een of andere psychopaat als inferieur wordt beschouwd. Het is ook makkelijker om andermans staat van bewustzijn te ondermijnen en vernietigen dan de eigen staat.
Ik maakte voor het eerst kennis met mijn diepere zelf in VIJF. Van de Geliefden verwachtte ik opname in dat diepere (hogere) zelf.
In 16 (een 7) heb ik van de hoogte een doel gemaakt, en erger nog…, heb ik het begrip ‘hoogte’ verward met het bet begrip ‘meer’. Altijd maar meer. En als je eenmaal op die weg zit, waarom niet ‘alles’?
In 14 heeft de Magiër zich leren concentreren op zijn doel. In 15 heeft hij dat doel gelokaliseerd en er een ideologie van gemaakt Je haalt er uit wat er in zit, maar wat het precies is dat er in zit is niet altijd even duidelijk. Vandaar de ruime werkgelegenheid voor spindokters in reclame en propaganda. Draaien, altijd maar draaien; in de politiek schijnt dat een zonde te zijn, in de ethiek is het aanpassing aan veranderende omstandigheden. Opportunisme is bijna de norm.
In 15 leerden we de (paradoxale) geest der verschijnselen op te roepen en naar onze hand te zetten. Heb ik in deze kwaliteiten bevrediging en groei gezocht dan kan in 16 het conflict tussen geest en beest uitgroeien tot afmetingen waarmee ik in de ‘werkelijkheid’ zo vertrouwd ben geraakt. Hoe gaarne worden de tegenstellingen tussen macht en machteloosheid of kennis en onwetendheid niet door wat ‘fatcats’ met hand en tand in stand gehouden en constitutioneel gelegaliseerd. En zo werd ook eigendom (intellectueel en materieel) heilig verklaard.
Vooral ook met de opkomst van Internet worden waarheid en leugen, recht en krom zo verstrengeld dat geen mens meer ziet waar recht nu precies verbogen werd tot onrecht. Vroeger kocht je een boek of CD, nu kun je het gewoon stelen.
Het 16de Arcanum wordt ook wel met oorlog geassocieerd. De grootheid van de een daagt de grootheid van een ander uit. De kleine oorlog van de Geliefden, waarin partners elkaar als projectiescherm gebruiken voor eigen, minder bevredigende eigenschappen, groeit in 16 uit tot een permanente staat van strijd tussen volken en naties. In die richting gaat ook de definitie die Koenen geeft voor het woord ‘oorlog’. Ik denk niet dat welke definitie dan ook recht doet aan het feit dat oorlog toch vooral een blootlegging is van de meest bestiale, verdrongen kanten van de menselijke conditie. We zoeken de hoogte maar zien de hoge schuld die we ten opzichte van eigen geweten hebben opgebouwd over het hoofd.
Schuldgevoel dat niet erkend wordt kan uitgroeien tot een allesvernietigende deus ex machina die niet alleen aan het boze maar ook aan het goede een einde moet maken. De laatste noemen we, ‘collaterale schade’. Van Hitler wordt wel gezegd dat hij een Peter Pan figuur was, een jongetje dat niet op wilde groeien maar wel torenhoge ambities had. Een jongetje dat eigen minderwaardigheidscomplexen en angsten projecteerde op zijn omgeving, niet in staat in te zien dat de strijd met Hook niet buiten maar van binnen gevoerd moet worden.
Oorlog en conflict zijn de effecten van een bewustzijn dat op dualiteit is gebaseerd. De onwilligheid van het bewuste om onbewuste inhouden toe te laten omdat het beeld dat we van onszelf meedragen vooral niet aangetast mag worden.
Angsten zijn vertekenende en vertekende schaduwen. Verkramping sluit de (vaak existentiële) angsten uit, en eenmaal buiten worden ze gedefinieerd als ‘de vijandigheid van de ander’.