De hermetische traditie wordt in deze kringen als een gevleugelde wetenschap stevig omarmd. Op de weg terug naar het sjamanisme kom je al deze mythologische- dan wel esoterische stromingen en afsplitsing van stromingen tegen. Volgelingen noemen zich studenten op het pad van de linkerhand. En daar ligt denk ik een probleem. Waar volgelingen zijn, zijn meesters die of ze dat nu willen of niet de volgelingen aan een schijnidentiteit helpen. Een goede vriend noemt zichzelf niet alleen sjamaan maar ook ingewijde in de ik weet niet hoeveelste graad.
Als ik muziek zoek in mijn proza dan is Hermes, de uitvinder van de lier, mijn inspirerende voorbeeld. In mijn eigen ontwikkeling komt het me voor dat het hermetische ‘zo boven zo beneden’ niet alleen schoonheid biedt maar ook inzicht en wijsheid. Het is de vereniging van taal met schoonheid die mij verbindt met hemelse harmonieën.
Hoe hoger je gaat op de ladder hoe meer je je zou kunnen identificeren met een werelds soort van Meesterschap. Naar mijn smaak een gevaarlijke onderneming omdat verlichting van binnen uit komt en niet van de buitenwereld, al is die nog zo meesterlijk. Het nemen van voorschot op onze feitelijke ontwikkeling kan de bedrading doen smelten, waarna het lampje uitgaat. Prometheus, de vooruitdenkende, die het licht stal en het aan de mensheid schonk bereidde ons een technische evolutie zonder weerga, maar ook het vermogen om het positieve en het negatieve van nieuwe kennis en uitvindingen te overzien. .
Voor sommigen is Lucifer de Duivel, voor anderen is hij de Christus die de kwaliteiten van innerlijk en uiterlijk goud in balans houdt. Wie van sprookjes houdt vindt in deze lagen van bewustzijn en onbewustzijn apocalyptische schoonheid.
Onze verlichting komt van de Zon en niet van onze opvattingen over de Zon, zegt de rationalist in mij. Maar zoals de intentie van de onderzoeker zijn onderzoek beïnvloedt zo ook hebben al onze opvattingen de neiging werkelijkheden te scheppen, want de Magiër verliest wel zijn haren maar niet zijn streken.
De Zon confronteert ons met misplaatst meesterschap en dus met hoogmoed. Jezelf hoger, wijzer of moreler achten dan je broeders en zusters leidt onherroepelijk tot een val. Hetgeen heel vervelend is voor diegenen die juist alleen maar willen stijgen.
Zwarte magie wordt al iets minder gevaarlijk wanneer we ons blijven realiseren dat de Arabische wortel van het woord ‘zwart’ eveneens staat voor het begrip ‘wijsheid’.
In hoeverre kennis goed of kwaad is voor ons wordt niet bepaald door die kennis maar door de morele kwaliteiten van de student. Verlichting is een paradoxaal spel waar het helemaal nog niet is uitgemaakt of de Zon de schepper is van de mens of de mens de schepper van de Zon. Het is maar net vanuit welke dimensie je de zaak bekijkt.
Lucifer staat behalve voor de Duivel ook voor Lichtbrenger, Morgenster en Dageraad.
Verrassing! Venus - zegt de encyclopedie - is de Morgenster.
Is de duivel dan een symbool van Liefde? Als dat zo is mag aangenomen worden dat echt alles voortkomt uit de liefde. Toch wel een elegante manier om dualiteit buiten de deur te zetten. De nabestaanden van de genocide op de joden lijken weinig redenen te hebben om te delen in die roes van esoterische liefde en geluk. Maar ook het hele grote lijden kan omgezet worden in nieuwe vormen van verlichting of spiritualiteit. Dat in het opstoken van het innerlijk vuur communicatie tussen de levenden en de doden hersteld kan worden is een concept dat helaas in het zionisme, maar ook in andere kringen, weinig aanhang kent. Misschien is het het ontbreken van de belofte van een hemel en het uitstellen van geluk door uit te gaan van ‘olam haba’, ofwel ‘van een wereld die komen zal’, mede oorzaak van de vele vormen van uitsluiting en genocide die het joodse volk hebben moeten verdragen .
De opkomst van de Zon is verbonden met de idee van ontwaken. Eerst komt het ontwaken voor datgene van wat en wie we eigenlijk zijn, en vervolgens komt er een ontwaken van de manier waarop het veelal ongedefinieerde Zelf past in het schema van verleden, heden en toekomst of dat van onder en boven. Het zijn allemaal verschillende posities van waaruit we onszelf kunnen bekijken.
In het betrekken van de vele, mogelijke posities zie ik een stappenplan, mogelijk ingesteld om mij te weerhouden te snel op mijn doel af te gaan. Want ook het doel is een nog niet opgehelderd raadsel, zeker als we ons nog grotendeels onbewust bewegen van incident naar incident, van toeval naar toeval.
Wikipedia: ‘Russische taalkundigen ontdekten dat de genetische code, speciaal in de ogenschijnlijk ongebruikte 90% DNA, volgens dezelfde regels werkt als alle menselijke talen.
Het menselijk DNA is als een biologisch internet en op vele fronten superieur ten opzichte van het kunstmatige internet. Russisch wetenschappelijke onderzoek postuleert (mijn woorden) directe of indirecte, verbanden met fenomenen als helderziendheid, intuïtie, spontaan of het op afstand genezen, zelfgenezing, affirmatietechnieken, ongebruikelijk licht / aura's rond mensen, de geestelijke invloed op het weerpatroon en meer’.
‘Slechts 10 procent van het DNA wordt gebruikt voor het bouwen van proteïnen. Het is dit gedeelte van het DNA dat de interesse had van de onderzoekers. De andere 90 % werd beschouwd als junk-DNA. De Russische onderzoekers waren er echter van overtuigd dat de natuur niet dom is. Taalkundigen en genetici bundelen nu hun krachten om deze 90% junk-DNA aan een grondig onderzoek te onderwerpen’
De 90% waar hier naar verwezen wordt vergelijkt niet onaardig met het veronderstelde hoge percentage van donkere materie en energie.Het donkere associeert met het vrouwelijke. We hebben het vrouwelijke en het natuurlijke al zo lang zwart gemaakt. De Zwarte Madonna of de Zwarte Maan, een raadselachtige versie van de Godin, die mij herinnert aan de problematische oorsprong van de Mariaverering is hoe dan ook makkelijker te begrijpen dan een paradoxale Zwarte Zon. Zoals we Afrika (het zwarte werelddeel) aanwijzen als de bakermat van de mensheid zo kunnen Isis (maar ook Lilith) beschouwd worden als symbool voor de bron ofwel het moederschap van al onze ideeën, culturen en toekomst.
Maar net als in verhalen die gaan over huizen zonder vaders moet ik zoeken naar de betekenis van de afwezigheid van de Zwarte Zon. In de astrologie wordt gesproken over de ‘zwarte lichten’.
Deze zouden zijn ontstaan vanwege een behoefte (noodzaak wellicht) de spirituele dimensie van een post-jungiaanse astrologie uit te breiden. Noem het de vereniging van twee tamelijk radicale denksystemen; de quantummechanica en de Jungiaanse, analytische psychologie.
In de nieuwe astrologie worden de snijlijnen van maan, zon en aarde doorgetrokken naar de verste uithoeken van ons zonnestelsel.
Zwart verwijst naar hetgeen verborgen is. Het Sol Neger Is net als goud de innerlijke schat waar de alchemist naar op zoek was, en nog steeds naar op zoek is. Zou de graal gemaakt zijn van zwart goud?
De fascinatie voor de zwarte madonna komt aardig overeen met het menselijke verlangen te heersen over de eigen binnenwereld of het onbewuste. Ik denk en huiver nu ik mij richt op de overeenkomst tussen het collectief onbewuste en de donkere materie waar ons heelal hoofdzakelijk uit bestaat, en waarbij het eigen DNA als tolk tussen die twee optreedt.
Naarmate we meer ogen openen die op het heelal zijn gericht en we steeds meer informatie ontvangen over fenomenen waar we tot voor kort geen idee van hadden komen steeds meer comfortabele aannames en zekerheden in de problemen. Exoplaneten, samensmeltende sterrenhopen, vampiersterren, gammaflitsen, hete Jupiters en vele andere ‘topics’ dwingen de symbolist om andere vergelijkingen toe te laten, en dus ook andere hypothesen.
Er zijn quantumtheoretici die worstelen met ideeën aangaande ‘non-lokaliteit’, ‘onderlinge verbondenheid’ of/en ‘sneller dan licht snelheden’ David Bohm kwam op het idee van een holografisch model waarin elk deeltje het geheel bevat.
Kortom de analogie tussen het jargon van astronoom en fysicus enerzijds, en dat van de occultist anderzijds - valt steeds moeilijker over het hoofd te zien. De kaarsjes die we buiten opsteken verlichten ons van binnen. De lichtjes buiten in de oneindigheid van sterrenhopen doen mij denken aan wegenkaarten die de weg wijzen in de binnenwereld..
De Zon is een creatie van de Grote Moeder die ons in onze contemplaties de weg wijst naar de binnenwereld. Meesterschap hier is de creatieve kracht die ons dwingt stuurman te zijn in eigen ontwikkeling.
Wie zich meester waant moet ook de verantwoordelijkheid accepteren die dit zelfbeeld met zich meebrengt.
De naam Esther die wat wij in schoonheid zoeken verwijst naar zowel een Ster als naar de vrouw, maar ook naar ‘dat wat verborgen is; . Steeds weer vind ik in allerlei mythologieën verwijzingen naar de vrouwelijke aard van de Zon. Dat er dus een zwarte zon wordt ingevoerd om de vrouwelijke kant van alles dat we als mannelijk beschouwen voelbaar te maken, ligt eigenlijk voor de hand.
Zwart gaat over het verborgene dan wel over de binnenwereld. We zoeken onze verlichting in die binnenwereld en niet in de spotlights voor hen die kost wat kost gezien moeten worden; waarbij je kunt denken aan een toch wel wat hilarische, ‘bekende-nederlander-cultuur’
Er is een radioprogramma dat elke uitzending eindigt met de woorden, ‘En vergeet niet, altijd schijnt ergens de Zon’. De interpretatie van het innerlijke licht bepaalt onze op- en neergangen in de schemerwereld. Is dat licht van mij of is het - zoals mythen vertellen - gestolen goed?
Uit die interpretatie volgt ook de mogelijkheid om zo geraakt te worden dat er een veranderingsproces op gang komt die expressie is van genade ofwel bewustzijnsverruiming.
Licht is op quantumniveau een drager van informatie die wij nog niet kunnen meten of lezen zonder een sleutel. Het is om die reden dat symboolstudie en toenemend gevoel voor een allesomvattende synchroniciteit als wegen gezien worden, wegen naar het verstaan van onze innerlijke belevenissen, een droomwoordenboek zonder begin of eind.
19 = 10 = 1, en 1 is de Magiër die de vier elementen schikt en herschikt totdat het uiterlijke beeld samenvalt met het innerlijke beeld. Anders dan de wetenschapper moet de Magiër uitgaan van het zichtbare en het onzichtbare. Alles is energie. Door de vier elementen in de eigen binnenwereld te meten en te herschikken neemt het bewustzijn toe van de energetische aard van alles wat we doen, denken, voelen en creëren Omdat de ware aard van het heelal niet anders is dan dat van een individu in zijn sociale context is de onderliggende energetische aard van al het geschapene de verbinding met wat je maar wilt.
Scepsis hier is de norm. Maar die komt voort uit onbekendheid met het zelf; en ben ik dit project niet begonnen om tot zelfkennis te komen zonder daar de helft van de dag voor op mijn hoofd te moeten staan? En ook al is geloof de pijler onder welk zelfbeeld dan ook, en zijn de teksten in ‘Vallen in Getallen’ eerder een geloofsbelijdenis dan dat ze een bijdrage zouden leveren aan betrouwbare, meetbare en herhaalbare kennis van veronderstelde objectieve ‘werkelijkheden’.
William noteerde in zijn laatste brief, ‘Mijn gedachten gaan vaak op reis in de gravitatiewereld’.
Er zit heel wat ‘geloof’ in zo een bewering. Ik zie daar veronderstellingen over gedachten die van jou, van mij, van een zwarte engel of een noëtische (Teilhard) sfeer kunnen zijn, en over van alles en nog wat kunnen gaan, ook over de mogelijkheid om te reizen in een ruimte die wellicht zuiver metafysisch is. De bereidheid om desnoods elke dag van identiteit te veranderen biedt mogelijkheden om onze verslaving aan ‘werkelijkheid’ en dat reservoir aan vooroordelen en vastgeroeste opinies in beweging te krijgen.
Voor iemand als William, mijn kabbalistische vriend, die gelooft dat je niet moet geloven wat je gelooft, een interessante uitspraak die wondermooi mee-marcheert met ideeën van Inno, mijn filosofische vriend, die van mening is dat het collectieve bewustzijn zoals we daar nu naar kijken, gebaseerd is op iets wat hij metafysisch realisme noemt, hetgeen in uiterste consequentie zou betekenen dat alle kennis in feite geloof is.
Dat maakt onze correspondentie zo hartig. Ik sta persoonlijk op het standpunt dat zonder geloof de bodem onder ons bestaan verdwijnt; zeker als ik bedenk dat in het rijtje ‘geloof, hoop en liefde’ - geloof op de eerste plaats komt. Het is denkbaar dat het kruis waar we aan hangen net zo goed ‘geloof’ genoemd kan worden. Dat kruis verbindt mijn horizontalisme met mijn verticalisme. Het is hier als met de zogenaamde tegenstelling tussen God en Godin. Aan de student wordt gevraagd deze twee in balans te brengen. Het ene in het andere te zien is het versmeltingproces dat ons leert waar orgasme toe in staat is,
Ik begrijp best dat een ‘hardcore’ fysicus van de oude school niets moet weten van dobbelende goden, of van ‘een slang’ die net als ‘geloof, zo een rijke etymologische afkomst kent dat elk individu hier wel een eigen kosmologie uit kan samenstellen. Onbewuste hypothesen zijn ook hypothesen. De mening dat we allemaal een mening hebben lijkt te wijzen op een soort van noodzaak. Noem het geloof tegen wil en dank. Ik heb wel eens te doen met rationalisten en empirici die tegen de klippen op virtueel goud uit virtueel stro trachten te spinnen.
Een leven zonder Maan kan ik me makkelijker voorstellen dan een leven zonder Zon. De noodzaak om met de zwaartekracht neer te dalen in onbekende krochten van mijn materialiteit legt het bij mij nog steeds af tegen de constante behoefte aan overlevingsenergie zoals dat het geval is in de gehele ecologische keten. In werkelijkheid, wat dat ook maar zijn moge, zie ik in dat de Zon de schepper is van ons zonnestelsel en de Maan reflecteert op al onze scheppingsdaden.
Na het, ‘waar komt mijn zogenaamde kennis vandaan’ volgt de vraag, ‘waar komt mijn geloof, waar komen mijn overtuigingen vandaan’. Een legitieme vraag voor elke wetenschapper die theoretisch werk verricht op basis van dogma’s en axioma’s. Voor elke wetenschapper dus!
Aangezien elke Ster uniek is in massa, afmeting, lichtkracht, helderheid, spectraalklasse, levensduur en levensloop beschouw ik de totaliteit van alle sterren als een symfonie waar ons zonnestelsel, maar ook dat ene foton-deeltje of golf, één noot van is.
Dat wat in ons zonnestelsel geraakt wordt door het licht van de Zon ontvangt als het ware een download van een unieke configuratie waarin afkomst en toekomst van ons stelsel zijn te onderscheiden. Als we het licht hebben gezien zeggen we ‘eureka’ en betreden we nieuwe studiegebieden. Informatie zonder context bestaat niet. Wij zijn die context, zoals de wassende stroom van waarneming en ontdekking een context is waarin onze beelden en dogma’s aangepast worden aan nog niet begrepen, nog onbekende informatie en veronderstellingen, ook al komen die uit de ‘brainbox’ van onze minst aangepaste nerds.
De manier waarop dit ‘licht voor iedereen’ neerdaalt laat de veronderstelling toe dat alle archetypische informatie in elk contact aangepast wordt aan de lokale context Die context waaiert uit in vier richtingen en betreft het emotionele, het mentale, het fysieke en het transcendentale (creatieve) deel van onze set-up.
De westerse filosofie heeft geworsteld met de idee van kennis. Twee hoofdrichtingen ontwikkelden zich in de kennistheorie. Epistemolologie en Ontologie moesten deeltje en tegendeeltje worden in wat we dan maar de dualistische gaarkeuken zullen noemen. In het geloof in wederkerigheid ofwel in de magische laag die we synchroniciteit noemen vormen de hemellichamen de mens, zoals menselijk bewustzijn de hemel modelleert, dan wel inzichtelijk maakt.
Een dogma van betekenis gaat omgetwijfeld over de snelheid waarmee licht reist. Radiogolven of memen gedragen zich in de tijd ongeveer als genen in de evolutie, lees ik in Wikipedia.
In DNA uit te vinden wat nu precis haar functie is als interface tussen kosmos en individueel bewustzijn is een formidabele uitdaging. Zouden radiogolven gevangen zijn in de snelheid van licht dan zou kennis per definitie eindig zijn.. De uitdaging om geest en lichaam als een eenheid te ervaren is een ontmoedigende formadibiliteit. Maar zonder een bepaalde vorm van tijdreizen zouden herinnering en voorschouw geen deel kunnen uitmaken van ons bewustzijn, en de implicaties daarvan laat ik graag over aan de fantasie van de lezer.
Wat vooral opvalt is de gelijkenis tussen de voorstellingen van de Caduceus en die van de Dubbele Helix. Biologie betekent ’kennis van het leven’, een hoofdmotief in de strijd tussen aanhangers van het mechanische model en het openbaringsmodel. Want wat is leven? Ik ben nog geen bioloog tegen gekomen die me daar uitsluitsel over kon geven.
De samentrekking van 19 tot EENHEID (1+9) vraagt om versmelting van verhalen die nu eens genetisch-, dan weer memetisch lijken te zijn. In de afgebeelde spiralen kan die EENHEID op oneindig veel verschillende bewustzijnsniveaus gedacht worden. De genen, passende in de klassieke logos en dus bij de Zon; de memen en hun verwantschap met donkere materie en donkere energie, passende bij de Maan. Kunnen die twee het niet met elkaar vinden dan lopen we een unieke kans mis om een sprong voorwaarts te maken in ons bewustzijn van dualiteit naar EENHEID..
Als Jung gelijk heeft met zijn opmerking dat Neurosen gaan over de verloren capaciteit EENHEID ter ervaren, zou het dan niet handig zijn EENHEID als onderwerp op te nemen in alle curricula. Want was voorkomen immers niet beter dan genezen?
In tijden van onwetendheid draait, wat onze waarneming betreft, de zon om de aarde. We zien haar opkomen en ondergaan. Dit rijzen en dalen heeft wellicht model gestaan voor het mythische slangenvuur van de yogi (ofwel van kundalini) waar energieën eveneens rijzen en dalen. In de. bewustmaking van deze beweging, een constante massage van de binnenwereld die loopt van kroon naar voetzool (van hemel naar aarde), met als doel de innerlijke verbinding met de wereld en al zijn levensvormen.
Bespreking van dit vuur helpt ons niet verder. Als er al ergens om actie wordt gevraagd dan is het wel in 19. De weg die ik me baan naar inzicht kan alleen maar uniek zijn. Immers de 9, de Kluizenaar, gaat over eigen wijsheid.
Eigenwijsheid wordt vooral negatief geduid. In een synoniemenboek vond ik deze: “bokkig, dwars, eigenzinnig, halsstarrig, hardhoofdig, hardleers, hardnekkig, obstinaat, onbuigzaam, onredelijk, onverzettelijk, steilorig, stijfhoofdig, stijfkoppig, stug, weerbarstig, weerspannig”, en als ik wat verder zoek kan er nog heel wat toegevoegd worden aan deze opsomming.
Als de collectieve stemming ten aanzien van wat dan ook - zo universeel afwijzend is moet je wel over moed beschikken om toch juist die eigen wijsheid in het zadel te helpen. Eerder heb ik het gehad over symboliek waar ieder individu eigen, afwijkende lijnen van associatie volgt. Bewustzijnsverruiming loopt langs deze lijnen.
Archetype, net als paradigma, verandert langs lijnen van tijdgeest en zelfbeeld. Context bepaalt de betekenis die we het fenomenale toekennen. Het biologische is genetisch, de betekenis is memetisch. Het minerale, het levende dode, past in de 3 van 21, en kristal, het hart van elke halfgeleidercomponent, is een ontwikkeling in 3 richtingen. Deze onvolmaakte schikking op de vierkante tafel van de magiër kan hersteld worden door de onderzoeker te beschouwen als het vierde element, als een onderdeel van de experimenten die hij uitvoert. Kristallen hebben naar de huidige stand van wetenschap geen eigen leven (dood) maar de invloed die ze hebben op het leven is enorm. Kristallen spelen een grote rol in communicatietechnologieën.
Vinden wij het moeilijk in contact te komen met de overledenen dan kan reflectie op de natuur en de structuur van het kristal een deur openen. Hoezeer mineralen overgang zijn van dood naar leven wordt vooral duidelijk als je bedenkt dat alle leven gebaseerd is op koolstofverbindingen, dat fotosynthese zonne-energie omzet in groei en leven. Koolstofdioxide is een anorganische verbinding en in kristalmagie wordt verwezen naar de mogelijkheid om de vibratie van een kristal te gebruiken om die van de aura te beinvloeden.
Omdat Geest en Lichaam moeten buigen voor de eis van eenheid neem ik aan dat de werkzaamheid van de Zon die zich uitstrekt over heel wat miljarden jaren in verleden en toekomst een constante demonstratie is van de mogelijkheid oneindig veel verbindingen te maken. Fusie kan zomaar de tweede naam zijn van de Zon, maar dat kristallografie geschreven wordt in drieën, zessen en negens werd voor mij aanleiding om hier in 19 vooral in te gaan op de noodzaal levens- en doodsbewustzijn tot een eenheid te smeden.
Het probleem is de oplossing. Het onvoorstelbare energiefenomeen dat de Zon is wordt in onze dagen gezien als een mogelijke oplosser voor een primair geachte behoefte die olie- en gasvelden zo snel hebben uitgeput. In de Zon gaat het om de onvoorstelbare hoeveelheden energie die kennelijk nodig zijn om leven (en dood) te verlichten.
Ik zou hier graag de relatie tussen CO2 en waterstof invoegen maar moet dat toch echt overlaten aan chemici en aan al die heldere geesten die het nadeel van buitensporige toename van CO2 in onze atmosfeer zoeken om te zetten in een voordeel. Symboliek biedt geen oplossing maar wel een focus. Wat symboliek vooral ook biedt zijn ezelsbruggetjes, bruggetjes die in de afstand van vraag naar antwoord kunnen verkorten. Het omzetten van CO2 via methanol in waterstof lijkt me een heerlijke uitdaging voor nerds en andere potentiële Nobelprijswinnaars. Het sleutelwoord is wat mij betreft, ‘verbinden’ Onderzoekt alles en behoudt het goede.
Denkende aan de gedroomde intelligentie van het heelal mogen we aan de Zon kwalificaties toeschrijven die in onmeetbaarheid de beperking van onze hersenactiviteit blootleggen. Ik zou ook kunnen zeggen dat de Zon een metafoor is voor alles dat zo essentieel is dat we geen moment zonder kunnen. Zet de Zon uit en het absolute nulpunt is nabij, de Nul die de baarmoeder is van alle getallen. Als de hersenen het hart vormen van ons zenuwstelsel dan kunnen we overeenkomsten tussen allerlei harten (kernen) als uitgangspunt nemen voor verdergaande associaties. Zo wordt van ons kloppende hart aangenomen dat bij transplantatie de nieuwe drager eigenschappen overneemt van de donor. Als alles drager is van onmeetbaarheden dan mag ik ze zien als knooppunten tussen blinde energie en ontwakende intelligentie.
Onmeetbaarheid heb ik vooral geïnterpreteerd als een manier om mij Donkere Materie voor te stellen, of zo U wilt een Akasharuimte.
Ik schreef vannacht toen ik wakker werd:
‘Zonneschijn. Er zit zoveel optimisme in ons beeld van de zon. De Zon bevrijdt ons, en bedenkende hoezeer we opgesloten zijn in een zonnestelsel wiens naaste buur ruim 4 lichtjaar van ons verwijderd is hebben we dat optimisme hard nodig. Probeer je die afstand maar eens voor te stellen.
Schijn wordt gebruikt om de waarheid te verduisteren, een eigenschap die zelfs het beeld van duisternis zelf verduistert. Wie op zoek is naar ‘de waarheid’ kan dus maar het beste zoeken in de duisternis. Jozef Rulof schreef: ‘De ziel kan geen stapje overslaan, en gaat door de duisternis naar het licht’.
Duisternis is hier niet de lokale conditie van een Zon die onder onze horizon is weggezakt maar verwijst naar de binnenwereld, het nachtbewustzijn van alle levende en dode vormen die ik ken. Fysiek zijn we niet opgewassen tegen het alomtegenwoordige geweld, maar in het verborgene van de binnenwereld kunnen feiten en betekenissen die zich aan ons openbaren licht werpen op de aard van licht en duisternis, van bewustzijn en onbewustzijn.
Dat zonneculturen in bepaalde kringen worden gezien als resten van een uiteengevallen beschaving die we Atlantis of Lemurië noemen brengt de idee onder de aandacht dat beheersing van de natuurkrachten samen hoort te gaan met de oplossing van egokrachten. Zo niet dan volgen er afrekeningen waar Apocalyps wel pap van lust.
In de Kluizenaar vond ik de idee van een ‘incorruptible’-, ofwel van een integer mens. De belangrijkste bron van corruptie is ongetwijfeld ‘de rede’. We zijn allemaal opgevoed in een ruimte die vooral gedefinieerd is door Descartes en Newton, een ruimte waarin alle spirituele (onmeetbare) waarden werden losgemaakt van ervaring, gevoel en openbaring. De mens werd een machine.
Niet mythe of sprookje maar wiskundige manipulatie zou ons voeren naar iets wat toch minsten equivalent genoemd kan worden aan ‘verlichting’. ‘De theorie van alles; is hier ‘God op de hoogste troon gezeten’.
De mens werd een logische machine. De mens werd ook geacht een getrouw beeld te zijn van God. God zelf was nu dus een logische machine, en dat maakte opvattingen mogelijk zoals we die van Darwin kennen, en.waar de transcenderende natuur zonder blikken of blozen werd vervangen door ‘natuurlijke’ selectie en mutatie. De ziel gaat over hetgeen dode materie tot leven wekt en staat wat mij betreft voor onze innerlijke natuur.
Je hoeft alleen maar naar het ‘survival of the fittest’ principe te kijken om weeffouten in die theorie op te merken. De gedachte dat juist in onze soort waar het zwakke in leven wordt gehouden en waar dat zwakke volop deelneemt aan de doorgifte van zwakke genen, zodat het zwakke steeds zwakker kan worden is volledig in strijd met het bijna axiomatische ‘survival of the fittest’.Echter, wie tegen de klippen op gelooft in ‘de logica’ van evolutieprocessen - waarin het zwakke door natuurlijke selectie zomaar weggedrukt wordt – bevindt zich in een verliezende positie, dunkt mij zo. Maar we hebben ons bekend tot een of ander vooruitgangsgeloof, en geloof zet logica buiten spel. Of dat goed is of fout moet de lezer als daar behoefte aan is zelf maar uitmaken.
Dat soorten zichzelf zomaar weten aan te passen aan veranderende omstandigheden is wat het materialistisch denken betreft onvoorstelbaar. Wie de kunst van de kansberekening loslaat op die zogenaamde mutaties zal maar tot één conclusie kunnen komen. Natuurlijke selectie zoals wij ons die voorstellen biedt geen (volledige) verklaring voor de aanpassingen die nodig waren om van amoebe tot mens te evolueren.
Om niet overvallen te worden door aanpassingen en veranderingen moet je over voorschouw beschikken aangaande hetgeen je bestaan kan bedreigen. Evolutie verloopt net als ons klimaat langzaamaan, om tenslotte door te breken zoals bij het schuren van aardplaten, de uitbarsting van een vulkaan of de ontwikkeling van superstormen, die de uitkomst zijn van heel trage bewegingen, temperatuurstijgingen of chemische veranderingen in de diepe ondergrond. Wacht je op de uitbarsting dan ben je te laat, maar de voorboden van zo een explosie te meten en eventuele resultaten van die metingen te duiden blijkt steeds weer een onbegonnen zaak te zijn.
De natuur, kan ik nu al vaststellen, is zeker geen machine. Voorspellingen in die sfeer kunnen we daarom naïviteiten noemen. Immers, als evolutie een logisch proces was zouden we komende aanpassingen nauwkeurig moeten kunnen voorspellen.
Op deeltjesniveau is het zelfs zo dat onderzoek op zich al leidt tot veranderingen in het onderzochte. Het wonder zit hem in de omstandigheid dat alles wat wij kennen is opgebouwd uit steeds weer diezelfde onvoorspelbare deeltjes die niet verondersteld worden over een eigen logica te beschikken. Het deeltjesonderzoek is nog jong, veel jonger dan onze nieuwsgierigheid..
Superintelligentie zonnelogos te noemen mag verleidelijk zijn, de manier waarop allerlei semi-verlichte vertrouwelingen van het ; Christus Bewustzijn’ (een andere benaming voor zonnelogos) hun berichten de wereld inslingeren, en dat met een fanatisme die je ook aantreft onder ufojagers, samenzweringstheoretici en einde van de wereld profeten, kan best vermakelijk zijn. Omdat de kenners elkaar allemaal napraten valt er in die kringen weinig origineels te verwachten, zoals trouwe SyFy kijkers zullen hebben opgemerkt.
De erkenning dat zonnelogos trilt op een niveau die ons onmiddellijk zou vernietigen wanneer we er zonder bescherming aan blootgesteld werden, sluit naar mijn gevoel kennis van zo een sfeer uit. Om dan toch steeds weer met gedetailleerde informatie te komen over aan de Zonnelogos gerelateerde gebeurtenissen, met nota bene vermelding van datum en locatie, is wat mij betreft een superkrachttoer, een toer die we ook aantroffen in allerlei voorspellingen aangaande de wederkomst van de Christus. Krishnamurti en Benjamin Creme waren daar voorbeelden van.
Het is niet aan mij om hier uit te maken wat wel geloofwaardig is of wat niet. Maar ik denk dat het een zegen zou zijn wanneer we de eigen bewustzijnsveranderingen die er nu eenmaal altijd zijn beter in de gaten kregen, en dat we ontmoetingen met hogere of lagere energieën in onszelf onderzoeken zonder de pretenties van al die meesters die een graad hebben verworven in de geheime wetenschap, uitgereikt door meesterorgansaties die in de praktijk vaak niet te onderscheiden zijn van gewone, wereldse business modellen, of van een kerkgenootschap.
Wat hier zou moeten gelden is het bekende, ‘weten is zwijgen’. Openbaring is sowieso een niet conceptuele gebeurtenis en dus niet talig, of overdraagbaar via het verstand. Geloof hechten aan de verhalen die de rattenvangers van de menselijke spiritualiteit ophangen leidt tot energieverlies, energie die we nodig hebben om de verbinding met de eigen binnenwereld te maken, ofwel met de heiligdommen in de tempel! De Zon is voor mij een van de vele symbolen die verwijst naar het bovenbewuste, zoals de Maan verwees naar het onderbewuste. Beide komen in de symbolist tot leven wanneer de duisternis van het onbewuste niet gelezen wordt als een spookhuis maar als een ruimte waarin we schatten aan wijsheid kunnen vinden, eigen wijsheid.
Als verzamelaar van halfedelstenen ben ik steeds meer onder de indruk geraakt van al dat in steen gevangen licht en de eindeloze verscheidenheid die ik daar aantref. Daar mijn licht op te steken en mijn ontvankelijkheid voor al dat minerale getril te vergroten lijkt me een passende en redelijk veilige weg om te gaan. Hetzelfde geldt voor alle studenten van de eigen, inherente natuur.
Verlichting wordt vaak in verband gebracht met het mentale. Maar is het niet het hart dat we verlicht willen zien?
In Wikipedia lees ik: ‘De Inca’s hadden drie geboden, drie principes die de basis vormen van het leven: ‘zoek en spreek de waarheid, werk hard en respecteer het leven in elke vorm’.
De Inca’s vertegenwoordigden een zonnecultuur en deelde dus in de agressiviteit die past bij de mannelijke zonnecultus. De morele uitgangspunten die aan Zonneculturen worden toegeschreven staan in lijnrechte tegenstelling tot de mensenoffers die onderdeel uitmaakten van hun religieuze praktijken. Dat de gewenste orde zelden wordt bereikt is het lot van hetgeen we terugvinden in godsdiensten, ideologieën en utopieën.
We willen dit, en we doen dat. Het is allemaal heel menselijk Maar interessanter hier is de spanning tussen bewustzijn en onbewustzijn, tussen licht en duisternis. Moraliteit hoort bij het dualistische brein, verbondenheid met het heelal hoort bij het holistische hart. Thans mag het brein zich verheugen te mogen functioneren als totem (licht), en het hart als taboe (donker). Maar deze orde staat op het punt zich om te draaien, en dan moeten we toch maar hopen dat dit een evolutionaire beweging zal zijn, en niet een revolutionaire.
Na enig gegoochel (mijn spelchecker kent het woord google nog niet), vond ik het volgende:
“Door de pupil is de donkere binnenkant van het oog te zien.
Het signaal van het linker gezichtsveld van beide ogen gaat via het chiasma opticum naar de rechter occipitale hersenkwab, informatie van het rechter gezichtsveld gaat naar de linker hersenkwab. De cornea projecteert samen met de ooglens waarvan de verstelbare brekende functie voor de scherpstelling wordt gebruikt, een scherp, ondersteboven staand beeld op het netvlies’.