personal4

Artikelindex

Zoekers van God, het Zwarte, Openbaring of Dood bewegen zich van rechts naar links. Zij beginnen bij het einde en bewegen zich naar het begin.

Je zou ook kunnen denken dat schriften die ontstaan zijn onder invloed van het oude maanbewustzijn een schrijfrichting kennen die omgekeerd is aan de schrijfrichting van schriften die later onder het gesternte van de Zon zijn ontwikkeld. De heerschappij van de Maangodin speelde zich af in een tijdperk dat gekenmerkt werd door een goede toegang tot de rechter hersenhelft, dat niet rechtlijnig is zoals de linkerhelft, maar rond, associatief en symbolisch. EEN, zo nauw verbonden met de cel-delende Nul, moet zich op zijn bewustzijnsweg verenigen met de getallen voor verdergaande deling. Hij zoekt gecompliceerde structuren waarin verlangen bewust kan worden gemaakt in eindeloze variaties van “werkelijkheid'. Een is elektrisch. Twee is magnetisch, voor de Magiër is Twee zijn weerstand, en zijn deeltjesversneller.

Twee is een bevestiging van- en dus een spiegel voor de dubbelzinnigheid van Een.

Adam's val in zijn schaduw wordt de zondeval genoemd en zonde is van de rechte weg afwijken. Het rechte stralingspad is een stortvloed geworden, een golf of een roller waarop de Fool graag rijdt, maar waarop van iemand als ik meer stuurkunst wordt verlangd dan ik soms waar kan maken.

Het eten van de appel, de rijksappel, maakt de Magiër tot koning over de wereld van de illusies. Voorlopig is hij zich dit koningschap en de verantwoordelijkheden die daaraan verbonden zijn niet bewust.

Adam heeft zich gesplitst in totem en taboe. Het totem heeft hij zichzelf toegeëigend, het taboe heeft hij galant als hij is aan zijn liefje overgelaten.

Als de idee van koningschap in de individuele werkelijkheid niet zo zichtbaar is als wenselijk, komt dat dan niet omdat de verbinding (De Koninklijke Weg) tussen het ‘gedachte hogere' en het ‘gedachte lagere' zelf tot de taboes behoort?

Dit is een versterking van het inzicht in de verdringing van Een, en in het ontstaan van goden en demonen, van de archetypen dus. Net als koningschap, ‘the king must always die', komt via hetzelfde mechanisme, de idee van het Ik onder druk te staan. Seksualiteit staat in verband met de ideeën van ik, ego of koningschap, en deelt in het gesignaleerde taboe. In sommige compartimenten van cultuur en geschiedenis waren bepaalde opvattingen over seksualiteit en de vrijheid om daar mee te experimenteren het exclusieve voorrecht van de vorst. Als veruiterlijking van seksualiteit een controversieel thema blijft hebben we dat aan de Hogepriesteres te danken die haar kennis over dit onderwerp uit diepere lagen delft. Voor haar is orgasme vereniging met de Godin.

Mijn verlangen, een menselijk verlangen, om eenheid en geluk te ervaren schept steeds meer feiten en omstandigheden, waarin ook steeds meer conflicten gestalten krijgen, en waar steeds verfijnder vormen van samenleving en crisisbeheersing geëist worden..

In Twee kijk ik naar de geboorte van het Ik en Gij. Het ik en het niet ik. Dualisme en antagonisme van leven naar dood, op leven en dood - bepalen nu de werkelijkheid.

De dubbelzinnigheid van de Magiër heeft gestalte gekregen in de Hogepriesteres en is nu onderdeel van al haar voortbrengselen. Zij zit tussen de zuilen der tegenstellingen, dezelfde kolommen die in de Romeinse П oprijzen.

De zwaan op het meer waar Narcissus in verdronk. Maar het koele meer des doods is ook het vruchtwater waarin het nieuwe leven gevormd wordt.

In Twee gaat het echt om paradox. Hoe kan leven gelijk zijn aan dood? Hoe kan een straal gelijk zijn aan een golf? Hoe kan het ik hetzelfde zijn als de ander? Quantum, quantum Repelsteeltje!

Vragenuurtje!

Slordig geschreven kan een Twee makkelijk voor vraagteken doorgaan. Dat vormt een verleidelijk contrast met het uitroepteken dat de Magiër neerzet.

Totem en taboe kunnen beschouwd worden als de ‘credit'- en debetzijde van de dualiteit. In deze twee pagina's kan ik mijn database opbouwen. Wat is goed? Wat is slecht? Wat is krom? Wat is recht? Tweeslachtigheid staat als paradox aan de basis van de getallen. Het goede is slecht voor het slechte. En teveel van het goede is ook niet best.

Voor het objectieve bewustzijn kan de rechte lijn niet bestaan, zoals een liniaal zich niet altijd de rondheid herinnert van de boom waaruit hij genomen is. De herinnering aan een vrije geest die zich in alles vinden kan en wars is van lokale- en egocentrische verlangens is heel diep in het onbewuste gevallen.

Wat betekenen objectief en subjectief als ze voor elkaar niet bestaan en verwisselbaar zijn naar gelang de invalshoek?

Er wordt wel gesproken over het vrouwelijke mysterie. Er is iets in de wereld der manifestaties dat zich onttrekt aan de logica zoals we die kennen. Dit mysterie relativiteit te noemen, of chaos, verruimt op zijn best de programmering van denken of schouwen. Het lost niets op.

De Hogepriesteres troont in haar Tempel, en de Tempel is het huis van een veronderstelde hogere werkelijkheid.

De tempel is ook mijn lichaam, een symbool van de werkelijkheid waarin ik bezig ben mijzelf te incarneren.

Ik beleef dat huis. Het ene ogenblik is het een cel, een moment later een paleis met 16 verdiepingen.

Mijn fysieke ogen zien maar heel weinig van deze instabiliteit. De veranderingen lijken zich te beperken tot mijn stemmingen. Mijn vertraagde ogen zien niet de vrije energie die via vertraging, fragmentatie en versnelling dit huis doen krimpen en uitdijen.

Dat wat ik denk dat ik ben is nu, net als de Hogepriesteres, een medium om de rechte straling van de Magiër mee op te vangen en om te buigen tot wat ik vervolgens als mijn werkelijkheid beschouw. Het conflict tussen brein en baarmoeder doet vervormingen ontstaan maar kan het scheppingsproces op geen enkele manier onderbreken.

‘Een' brak in ‘Een en Een'; en ‘Een en Een' zijn samengekomen en vormen Twee, en het lichaam, is meer dan de som der delen. De zichtbare wereld komt tot ons als energie die zich soms voordoet als een straal en soms als een golf. De een als subject, de ander als object. De een als object de ander als spiegelbeeld.

Ik, zijnde een manifestatie van deze twee aspecten, vind het niet moeilijk soms naar dat Ik te verwijzen met het woord Wij. En de hogere mens, een koning bijvoorbeeld, heeft deze mogelijkheid tot standaard verheven.

In het wij en in het bestaan van veelzijdigheid vind ik niet alleen onbegrepen schizofrenie maar ook meerwaarde.

Het voordeel van een positieve benadering van de eigen gespletenheid ligt in de mogelijkheid het subjectieve te onderzoeken in het objectieve of, wanneer de omstandigheden daarom vragen, omgedraaid - het objectieve in het subjectieve.

Er kan nu een innerlijke dialoog aangevangen worden. Ik kan mijzelf onderwerpen aan kritiek. Ik kan mezelf vragen stellen. Er opent zich een wereld van introspectie.

Het voordeel van een positieve benadering van de maatschappelijke gespletenheid, de verschillen tussen mij, jou en een buitenlander, schuilt in de mogelijkheid pluriformiteit te zien als een uitbreiding van expressiemogelijkheden, en dus als een versnelling in de richting naar Eenheid.

Paradox eist nu eenmaal dat instemming met veelheid gevoel ontwikkelt voor Eenheid.

Nummer Een ben Ik dat?

Nummer Twee ben Jij dat?

Ik ben de Hogepriesteres. Ik ben Twee. Maar wat ben Jij dan?

Hoe vind ik het jij in het Ik?

Een erotisch raadsel.

Als ik verliefd ben zeg ik:

Jij bent nummer Een.

Zie ik IK dan in Jou?

Ben ik altijd nummer Twee wanneer ik verliefd ben?

Hoe kan ik me juist in Twee zo EEN voelen?

Ik ben de waarnemer van mijn bewustzijn waarin een menigte aan archetypen werkzaam zijn, probeer daar structuur in te zien en hoop vervolgens uitspraken te kunnen doen over verschijnselen die nog geen plaats in dit bewustzijn hebben gevonden, of daaruit verbannen zijn. Als ik fraaie hoofdstukken kan componeren over Zeven en Negen, maar ik zit met mijn mond vol tanden zodra Acht zich vertoont, dan moet ik zoeken naar wat de mogelijke verbindingen zijn tussen die twee.

Het lijkt wel wat op het periodiek systeem; tenslotte blijken de ontbrekende elementen echt te bestaan.

Om gewoonten en interacties van deeltjes te bestuderen die te klein zijn om te worden waargenomen gebruikt de natuurkundige een versneller waarin deze deeltjes botsen en sporen of effecten vormen die wel meetbaar zijn. Deze techniek demonstreert dat het veel energie kost om de inertie van twee te doorbreken. Van wat het kost om een deeltjesversneller te ontwikkelen, te bouwen, te doen functioneren en te onderhouden kun je zo ongeveer wel een reisje naar de maan maken; en dan houd je nog wisselgeld over. Een energie verslindende onderneming.

De Hogepriesteres, het verlangen naar Eenheid, is op zoek naar haar verloren helft, en kan daar heel ver in gaan.

Wat we ook mogen vinden gedurende onze energie-uitbarstingen, wat wij ook mogen baren na onze omwentelingen in de nachtkant - het kan niet meer zijn dan de herinnering aan de oorspronkelijke energie die deze verschijnselen voortbracht, ‘dode' vormen, sporen van deeltjes, maar met grote, veelal onbekende, potenties.

Er zit spanning in deze processen. De versnellende invloed van de Hogepriesteres op de energie van de Magiër. De vertraging van de versnelde Magiër in de schoot van de Hogepriesteres.

In en uit, de ademhaling van het scheppingsproces. Een ademhaling die voertuig is voor namen die gegeven worden. Scheppingswoorden; sommige onbaatzuchtig en hartverwarmend, andere kleinzielig en rampzalig. Als sadomasochisme een gegeven is dan moet dat terug te vinden in de manier waarop we onze woorden uitspreken en duiden. ‘Het houden van' een manege is toch iets anders dan gewoon ‘houden van'. Zelfs het geringste spoor van bezitterigheid of economie kan in de liefde desastreuze gevolgen hebben.

Mijn negatieve houding ten opzichte van pijn en obstakels hangt samen met de inertie van twee. Er is zoveel energie vastgelegd dat pijn er niet ook nog eens bij kan en dus als informatie geweigerd wordt. In acceptatie van pijn ontstaat de mogelijkheid de projecties die aan de pijn ten grondslag liggen terug te halen, hetgeen gevreesde verandering van gedrag en relaties inhoudt. Gewoonlijk lijkt het makkelijker te sterven dan te veranderen.

‘Als verandering niet makkelijk is zal het wel een heleboel energie kosten', lijkt wel een aardige redenering dan.

Van mijn leven maak ik met groot enthousiasme een troep. Mijn laagst denkbare zelf zelfs verlangt naar een aandeel in de groei van het bewustzijn en neemt de pijn die ze veroorzaakt op de koop toe.

Welke minnares trouwens denkt aan de pijn van de baring wanneer haar wezen gevuld wordt met zoveel zaligheid? Het effect van deze zaligheid, de menselijke 9 maanden durende zwangerschap, herinnert me trouwens weer aan de Maan, nummer NEGEN!.

9 = 1 + 8

2 x 9 = 18.

Achttien in de Tarot is die Maan. De relatie van de Hogepriesteres met de Maan is voor de symbolist net zo essentieel als die tussen de Magiër, de Zon en de Fool. De Zon een zinnebeeld voor het Bovenbewustzijn, de Maan een symbool voor het Onderbewustzijn.

De weg van de Hogepriesteres voert mij naar en in de maan. De nacht herbergt mijn demonen. Demonen kunnen verwerpelijke individualiteiten lijken. Toch zijn het machtige fantasieën die het beste wat visioen te offeren heeft niet meer in de weg staan dan wat ik aan angst produceer.

De Hogepriesteres spiegelt de weg die ik geschapen heb en vervolgens ook moet en wil gaan. Zij spiegelt mijn staat van bewustzijn, mijn scheppingskracht en fantasie, en geeft onophoudelijk vorm aan zelfs de kleinste verandering in die staat. Het blauwe kleed van de Hogepriesteres is de rivier waarin ik mij spiegel, waar ik uit drinken- en in verdrinken kan. Zij ontneemt de Magiër zijn energie en snelheid tot de dood er op volgt. Doodgaan is het einde van het voorgaande en het begin van iets anders. Het moment van doodgaan valt samen met mijn hier en nu. Mijn staat van bewustzijn is dank zij de dikke weerstand van muren, dank zij oppositie en vertraging, dank zij verlangen en erotiek in voortdurende verandering. En de snelheid van verandering neemt steeds toe.

In het water van de Hogepriesteres wordt over het beeld van de oude mens telkens weer het beeld van een nieuwe mens gespiegeld. Of zie ik hier slechts vervorming in eindeloos bewegend water?

Misschien is mijn leven niet alleen maar een troep; misschien doet de opgestapelde ervaring een completer wezen in mij groeien.

Het heilzame effect van lijden zie ik in de relativering van mijn ego tot een niveau van ontvankelijkheid die verandering of transformatie toelaat. Het lijkt of ik mans genoeg ben dit lijden zelf in mijn leven te introduceren en denk daar dus geen hulp van anderen bij nodig te hebben.

Sta ik mijzelf toe de ander te zien als een scherf van een versplinterd bewustzijn, en vervolgens als een projectie van wat ik in mijzelf nog niet kan aannemen, dan komt het belang van ‘de ander' of van ‘een formidabele tegenstander' in een ander licht te staan. Een aantrekkelijker licht waarin tegenstanders, juist omdat ze tegenstand bieden, maatjes kunnen worden, en geliefden onze beste tegenstanders.

Het valt niet altijd mee om nummer twee te zijn. Twee is echter méér dan Een, en deze toegevoegde ‘waarde' verleent onvolkomenheid een dimensie die aan perfectie ontbreekt.

Deze toegevoegde waarde is méér dan een doekje voor het bloeden. Ik noem die waarde ‘het leven dat ik leef.

Of misschien zie ik op dit moment in deze toevoeging niet meer dan een vraagteken. De beperking sluit niet uit dat een vraagteken een treffend symbool kan zijn voor de eredienst die in de tempel van de Hogepriesteres wordt opgevoerd.

Pijn en weerstanden worden vragen naar betekenis, en de vraag naar betekenis mondt uit in de vraag naar de oorspronkelijke energie waaruit alles, goed of slecht, is afgeleid.

Ik zie in twee mijn vermogen om vragen te stellen.

Een blijk van intelligentie.

Intelligentie komt in Twee overeen met een bewustzijn dat zich half 'wetend acht; eigenlijk dus ‘onwetend'.

Intelligentie! Bijna zo vanzelfsprekend als de elektriciteit in mijn wandcontactdoos.

Probeer echter maar een computer te ontwerpen die kan twijfelen. Dat zal blijken niet zo eenvoudig te zijn. In Japan hebben pogingen om kunstmatige intelligentie te scheppen niets opgeleverd. Het struikelblok was het ontbreken van een ondubbelzinnige definitie. Als je iets wilt nabootsen is het lastig niet te weten wat het is dat je na wilt bootsen.

Opmerkelijk is de evenwaardigheid tussen 0.2 en 1/5. Wat er voor de Fool uitziet als een Hogepriesteres, doet zich aan de Magiër voor als een Hogepriester. Dit suggereert het bestaan van heel verschillende staten van bewustzijn; samenhangende met heel verschillende opvattingen over de waarden van natuur, cultuur, goden en mensen.

De waarheid van de een is niet de waarheid van de ander. Elk individu lijkt gekoppeld aan een eigen ruimte en tijd, aan de eigen horoscoop, ofwel aan het eigen orakel..

Het lichaam is de Tempel van de Geest. De Tempel is een baarmoeder, is de Hogepriesteres, is wat traditie betreft - Gods onderkomen.

Kerken en tempels zijn plaatsen waar rituelen worden opgevoerd. Deze rituelen zijn doordrenkt van symboliek. Een simpel kruis kan voor duizend en een verschillende dingen staan. Een stukje brood kan er getranscendeerd worden tot het lichaam van een verlosser.

De tempel is een plaats waar seksualiteit, leven en overleven hun toegevoegde ‘waarde' ontvangen, want in de vereniging met het symbool ontstaat gevoel voor de aard van het verlangen.

Het dagelijkse brood dat ik eet is ook mijn niet aflatende begeerte naar het opheffen van een leegte.

En als mijn kruis, of dat van mijn partner een symbool is van mijn val; è n van mijn verlossing - dan is het misschien wel wijs of GEESTig - in de val de verlossing te zien.

Zonder die mogelijkheid van meerwaarde zijn we niet meer dan functionaliteiten.

Droom, werkelijkheid en ons verlangen naar een groter bewustzijn zouden geen deel uitmaken van mijn werkelijkheid als ik niet beschikte over dat verbazingwekkende vermogen om iets te zien in iets wat er helemaal niet lijkt te zijn. Betekenis! Mijn eigen persoonlijke duiding.

De vertraging van een functie tot een staat waar energieën snelheden opbouwen die een mens koorts kunnen bezorgen. En wat ik bij hoge koorts allemaal niet zie…

Ik moet mij blijven herinneren dat het allemaal maar een illusie is. Vooral in tijden dat GEESTkracht het even laat afweten, en mijn wereld alle betekenis lijkt te hebben verloren.

Teruglezende en zoekende naar trefwoorden moet ik nu langzamerhand een keuze maken - in hoe ik het IK-woord ‘binnen de archetypische context' van de Hogepriesteres uitspreek.

Hoe open ik mij voor jou? Hoe open ik mij voor het beeld dat zich van mijzelf vormt.

Ik ben het verlangen om heel diep in mijzelf geraakt te worden en te raken.

Mijn verlangen is een gevoel, en gevoel is de regenboog waarin de zwart-wit tegenstellingen die in Twee gegeven zijn worden afgebroken tot meerwaarde; tot een wereld van kleuren, schakeringen, ideeën en opinies.

In mijn verlangen ben ik een hysterica, een profetes. Het boek, half verscholen onder mijn kleed is de TORA, een orakel voor hen die ogen hebben om te zien.

Mijn angsten en passies creëren crisis waarin het heelal zich opent en hogere ruimten zichtbaar worden. 

Partij voor de Liefde

Home - Partij voor de Liefde

29 maart 2024

Bilingual (English & Dutch) website of the international visionary social political movement and Party for Love Governance inspired by Saint Germain of The Great White Brotherhood. - Tweetalige website van de Partij voor de Liefde, een politieke beweging en partij voor de Gouden Eeuw van Aquarius

We hebben 187 gasten en geen leden online

zoeken

Ander Nieuws +