donderdag 28 maart 2024

personal4

Artikelindex

Aangezien niemand helemaal vies is van cultuur, al was het alleen maar vanwege het comfort en de goede voorzieningen, mag ik niet volstaan met een afwijzing van het revolutionaire geweld van godsbeeld en staat. Ik zou me echt geen raad weten als ik deze hoofdstukken persklaar moest maken zonder de tekstverwerker die de beschaving voor mij heeft uitgedokterd. Ik wil echter de prijs kennen van hetgeen mij overkomt. Ik moet het me tenslotte kunnen veroorloven.

Ik kan me wel verwonderen over de theologische kronkel die schuil gaat achter het ‘gaat en vermenigvuldigt U'. Het kinderloze enige kind die Jezus heet te zijn is nu niet direct een uitnodiging tot het gedrag van een Lilith, die notabene door de eerste Christelijke chroniqueurs zelf werd afgedekt door Eva, een dame met een toch veel bescheidener baringsdrift

Negen maanden lang vormen een moeder en het nieuwe wezentje een eenheid. Bij de geboorte wordt deze eenheid verbroken. De tamelijk langdurige vereniging van de moeder met een niet-ik-inhoud produceert volgens de regel, dat het getal meer is dan de som der delen, een verhoogde staat van bewustzijn in de moeder, maar ook in het ongeboren kind. Na de geboorte moeten ze beiden afkicken. Hier wordt moederschap op een subtiele manier in verband gebracht met verslaving.

Ik laat het aan moeders en junkies over te beoordelen of bovenstaande formulering licht werpt op hun condities: postnatale depressie, afkick verschijnselen en dat soort zaken.

De begrippen dienen steeds zo ruim mogelijk genomen te worden.

Onnodig, maar niet onverstandig misschien, nog eens op te merken dat het hier niet letterlijk over moeders of junkies gaat. Ik probeer de archetypische invloeden die voortdurend mee boetseren aan mijn staat van bewustzijn te identificeren.

Waarom?

In zoverre schrijven verslavend is, in de mate waarin ik eenheid ervaar met het ongeboren product dat ik onder handen heb, bevind ik mij in een situatie die verwant is aan zwangerschap.

Ook interessant wellicht hier is een opmerking die je veel uit de mond van kunstenaars hoort rollen. Dat het moeilijk is om een werkstuk te voltooien, moeilijk er afstand van te doen. Wanneer het kunstwerk uit handen is gegeven kan er niets meer aan veranderd worden, en het onveranderlijke is gelijk aan dood, en dood brengt nu eenmaal rouw en verdriet .

Zoals Drie hier - tegen de verwachting in - van vrouwelijke attributen wordt voorzien, zo kan vanuit het omgekeerde of het spiegelende perspectief van de Tarot geboorte met sterven verward worden.

Junkies, of wij die door een levensstijl beheerst worden, zijn voorbeelden van dit levende dode bestaan.

De Technicus, de Theoreticus, het Model, de Volgeling; allemaal barende instituties. Allemaal moeders.

Alle dingen, situaties of informatie, ja ook babyboy; potentieel allemaal gevolgdragende entiteiten.

Allemaal objecten in een fantastisch circus waar bommen en granaten interessante, levensechte en dramatische rollen spelen.

Na de geboorte. Een verzwakte moeder. Een veeleisend kind. Hoe dit kind te begeleiden naar een op moraliteit gebaseerd zelfbeeld en naar mogelijkheden waarmee hij zich staande kan houden in een omgeving die er alles aan gelegen is dit beeld te ondermijnen?

Dit is niet het enige probleem van de moeder.

De afwezigheid van de vader neemt snel toe wanneer hij ziet hoe zijn geliefde vanaf nu haar aandacht richt op dat eeuwig piesende, poepende en nachtrustverstorende monstertje.

De geboorte van het eerste kind maakt een einde aan de rozengeur en maneschijn van de wittebroodsmaanden. Al naar de zeden van de tijd of de begoochelingen van de vader zien we hem zich steeds verder terugtrekken in broodwinning, studie, kunst, overspel, bier, drugs, boemel en noem maar op.

En zo staat de moeder min of meer alleen voor de taak het kind veiligheid, zorg en liefde te geven. Haar eigen kindertijd komt abrupt ten einde, oude vriendinnen laten haar in de steek, en ze vindt zichzelf opgesloten in een situatie waar ze bijna alleen nog vrouwen tegenkomt die in overeenkomstige situaties zitten. En de ontmoetingen met de eigen moeder of schoonmoeder, met de door de wol geverfden en de professionelen - geven haar niet zelden het gevoel dat ze het allemaal verkeerd doet; zonder dat ooit iemand ingaat op het geheel van haar problematiek.

Dat de instelling van de moeder mede bepaald wordt door zorg en bezorgdheid mag geen wonder heten.

Het is onvermijdelijk dat, althans voor een deel, zorg, angst, onzekerheid en boosheid geprojecteerd worden op het kind. Er mag dan heel wat afgeknuffeld worden; het zaad van de afkeer is gezaaid.

Eerste- en latere indrukken die het kind opdoet, indrukken die zijn houding ten opzichte van zijn leven gaan bepalen, bevatten niet zelden de nodige moederlijke paniek. Deze uit zich in boodschappen als: “Mijn God wat moet ik met mijzelf? Wat moet ik met dit kind?”

Dit soort vragen bestrijken vele niveaus.

Wat doe ik met de consequenties van mijn inspanningen, en in hoeverre bevorderen of ondermijnen deze de levensruimte van hetgeen na mij komt?

Of nog dichter bij huis: ‘In welke zin en richting bevordert mijn gedrag de ontwikkeling van mijn bewustzijn?'

In het geval van de moeder wordt bij te grote onzekerheid in de overdracht de neurotische aard van de volgende generatie vastgelegd.

In de eigen realiteit ondermijn ik zelfvertrouwen en geestelijke gezondheid indien mijn productiviteit niet in overeenstemming is met de eisen van innerlijke richting en noodzaak.

Moeder en ik zijn net als alle verschijnselen in de natuur: voorbeelden.

Dat wat we voortbrengen zijn de realiteiten waar verantwoordelijkheid voor genomen moet worden, en babyboy die nu vader is kan zich dat vaderschap nauwelijks voorstellen. Voorlopig heeft hij zelf nog alle aandacht nodig.

Hoe vaderlijke verantwoordelijkheid uitwerkt wanneer die door moederlijke eigenschappen wordt genomen is een vraag die we in de chaos van onze wereld makkelijk kunnen vaststellen. De zelfbeelden die we aan de omgeving, aan de wereld, opleggen zijn niet in overeenstemming met de diepere emoties die we daar over hebben.

De uitdaging in al die chaos blijft onveranderd en is voor elk persoon dezelfde: ‘hoe zelf een creatief en zelfstandig mens te worden'. Ook het schrijven van een boek of het schilderen van een kinderkopje brengt isolement en frustraties met zich mee, maar in deze activiteiten besparen we onszelf de vergissing een ander op te knappen met wat in feite een persoonlijke probleem is, een persoonlijke uitdaging.

In de gedachte dat er in de ontwikkeling van de eigen creativiteit minder te vinden is dan in het verwekken, baren en grootbrengen van kinderen zit niet veel inzicht in de strijd die de wil moet voeren met de inertie, en met het zelfbeeld.

Mijn bewustzijn uitbreiden, mijn middelmatigheid en vooroordelen achter mij laten; dat zijn zaken waar ik vurig naar verlang. Dit verlangen in mijn kinderen tot vervulling zien komen is prachtig maar verzacht niet echt de pijn van eigen ontoereikendheid.

Het zou lichtzinnig zijn het belang van de menselijke creativiteit, en dus ook van het moederschap, ter discussie te stellen. Om voor mijzelf echter een afweging te maken tussen de eis te overleven en de kwaliteit van dat leven, lijkt me niet verkeerd.

En de feiten spreken voor zich. Wereldwijd wordt er heel veel vermorst; dat beperkt zich niet tot kinderen. Gebrek aan verbeelding, gebrek aan keuze, gebrek aan informatie; de ‘derde' wereld is niet slechts buitenkant- maar vooral ook inhoud van mijn eigen realiteit.

De woorden procreatie en voortplanting betekenen hetzelfde. Eerst planten wij ons voort en dan zien we wel of er nog energie overblijft voor persoonlijke ontwikkeling. Dat geldt ook voor ambachtsman of kunstenaar die aanneemt dat de maat van zijn verdienste vooral gelegen is in de producten die hij afscheidt.

Drie wordt gewoonlijk geassocieerd met moedertje natuur. De idee dat buitenkant binnenkant is, is hier bijna tastbaar. We leven in de natuur, en natuur is wat we zijn. Natuur en nog iets...Vruchtbaarheid! En we scheppen maar door, desnoods tot we er dood bij neervallen.

In een horizontaal gekantelde 3 worden linker- en rechter helft voorgesteld door de twee halve sferen waaruit dit teken is opgebouwd. De spanning tussen linker- en rechter hersenhelft, tussen cultuur en natuur of theorie en praktijk, een onontkoombare erfenis, is onderdeel van alle onderzoek van ‘werkelijkheid', en dus - in projectie - onderdeel van die werkelijkheid. Niet ik, maar het lot is de tegenspeler.

Eenzijdigheid in beleving van licht of schaduw, van armoede of rijkdom, komt niet ten goede van de gezochte kennis over mijn ware natuur. Of ik iets nu uitsluitend fantastisch vind of juist alleen maar stuitend maakt niet uit. In beide gevallen sluit ik me op in een gebroken, halve waarheid, en moet revolutie of crisis mij inzicht geven in wat ik zo krampachtig heb aangenomen of afgewezen.

Onze kinderen worden geboren in een gewelddadige- en gefrustreerde wereld die tot revolutie aanzet. Kinderen moeten zich wel keren tegen de ouders en hun cultuur.

Herinnerden we ons onze kosmische afkomst dan zouden we de strijd snel opgeven. Maar de herinneringen worden tijdens het incarnatieproces grotendeels uitgewist, en waar dit niet afdoende plaats vindt is er weinig kans voor het kind te overleven. Het wordt opgesloten in de dubbelwereld van schizofrenie, waar leven ervaren wordt als hel.

Onder minder extreme condities wordt, wat bewustzijn betreft, het kosmische of geestelijke element teruggebracht tot een rudiment. Geest wordt nog slechts herinnerd in momenten van crisis of wordt als fetisj aangevoerd in contexten als godsdienst, taal, cultuur, kunst e.d. Met het grote vergeten zien we het geestelijke aspect in de natuur niet meer. Wat ons rest is materie waarmee we geen relatie kunnen aangaan en waar we naar believen mee kunnen handelen zoals ons goed dunkt!

Het zien van geest is een onbekende functie, en het onbekende boezemt angst in.

Zonder erkenning van dit innerlijke- en uiterlijke potentieel isoleer ik mij evenwel van de mogelijkheid eenheid te ervaren met hetgeen mij voortdurend bezig is voort te brengen. Ik snijd mij af van mijn oorsprong en causaliteit, en ontdoe de gebeurtenissen in mijn biografie of universum van een diepere betekenis.

De waardenvrijheid van de moderne wetenschap geeft uitdrukking aan een groot zwart gat dat filosofie en wetenschap beheerst. In die waardenvrijheid, als zoiets al kan bestaan, kunnen de meest primitieve denkroutines bejubeld worden als zijnde een doorbraak in denken of theorievorming. Of het nu gaat om het geestlichaam probleem of om het causaliteitsprincipe, de meningen hierover bestrijken een scala van richtingen die lopen van een puur statistisch empirische invalshoek tot aan een sprookjesachtig transcendentalisme.

En dan mag het lijken dat een wetenschappelijk onderzoeker, door zich te houden aan de simpele feiten die hij wil onderzoeken, vrij is van de tegenstellingen die zich in het geestesleven aftekenen; hij neemt toch de chaos mee in de aannames die aan zijn onderzoek vooraf gaan. Vragen naar betekenis of oorzakelijkheid (god is tenslotte dood - en energie een onbezielde kracht) zijn daar nog steeds taboe; zoals het in godsdienst gewoonlijk taboe is vragen te stellen over het hoe en waarom van totems en taboes. Wat het ‘establishment' betreft kunnen dogma's of axioma's maar het beste met eeuwige rust gelaten worden.

In wat er nog over is gebleven van het mythische bewustzijn wordt verlossing van een te beperkte staat van bewustzijn, en het opdoen van ervaring met eenheid verbonden met de mythe van het kind.

Een onbevlekte ontvangenis ging vooraf aan de geboorte van dit verlossingsidool.

Op het eerste gezicht lijkt dit verhaal niet meer te zijn dan een propagandistische poging het goede eeuwige leven te contrasteren met de zwijnerij van het tijdelijke, en daar goed garen bij te spinnen.

Ik moet me voor ogen blijven houden dat we in Oud- en Nieuw Testament

met teksten van doen hebben die op gelijke wijze benaderd kunnen worden als bijvoorbeeld de Griekse- of Germaanse mythen.

Deze verhalen bieden hulp aan hen die Geest wensen toe te laten tot de natuurlijke orde zodat er betekenissen gegenereerd kunnen worden die onmisbaar zijn op de weg naar zelfkennis. Niet voor niets worden de beelden uit de mythologie ook wel archetypen genoemd. Openstelling voor de ongebreidelde paradoxaliteit van deze archetypen ervaar ik als inspiratie. Een van de kenmerken van inspiratie is dat het mijn dualistische geest voor de duur van deze toestand tot beleving van eenheid brengt, vergelijkbaar met de eenheid die moeder en kind beleven tijdens de zwangerschap. Zolang dat ongrijpbare aspect, de Geest, niet buitengesloten wordt zit er niets bevlekkends in de verwekking van kinderen, in persoonlijke verlossing of in het lanceren van nieuwe acties en ondernemingen. Kennis van de Geest, kennis van het onzichtbare Zelf, of de ervaring van verruimde staten van bewustzijn hangen samen met zich ontwikkelende intuïties over geboorte, leven, dood en wederopstanding.

God de Geest kan zich niet aan zichzelf bewust maken. Het vrouwelijke golfpatroon echter vangt de potenties van Geest op en voedt daarmee het menselijk bewustzijn in vormen van herkenbare ervaring en uitbreidend bewustzijn.

Ook de nadruk op het celibataire leven van Jezus kan uitgelegd worden als een poging seksualiteit ‘of natuurlijk gedrag in het algemeen' in een inferieur licht te stellen. Maar het Nieuwe Testament vertelt het verhaal van een creatief leven. De belangstelling voor de erotische wederwaardigheden van Sterren was in het Jodendom rond het begin van de jaartelling nog niet zo ontwikkeld. Soap, en al die kleurige- en onopgesmukte tijdschriften bestonden toen nog niet. Een mannelijke geslachtsrijpe ‘ongehuwde' Jood was volgens kenners van dat tijdperk een onwaarschijnlijkheid van de overtreffende trap. Jodendom was een vadercultuur bij uitstek.

De vier Evangeliën in het Nieuwe Testament geven hier geen uitsluitsel over.

Wel is zonneklaar dat de ‘biografen' van Jezus een ontwikkeling in kaart brachten die meer met ideeën dan met feiten van doen hebben.

De aseksuele Jezus spoort heel wel met de symboliek in dit hoofdstuk. Waar is de man?

Dat interpretatie van mythen van belang is volgt uit Jezus' uitnodiging te doen als hij. Zouden we massaal het idee van het celibaat omhelzen dan legt dat het eind van de menselijke aanwezigheid op deze planeet op ons bordje. Het evangelie pretendeert echter een verlossingsverhaal te zijn; geen ondergangsprofetie. Op het vlak waar ons bewustzijn zich bevindt is de idee van de Navolging van Christus ‘teveel'. Ons voorstellingsvermogen kan er niet bij. De uitdagingen waar wij voor gesteld worden lijken weinig overeenkomst te hebben met de wonderwerken van de Heer. En hoe kunnen we onze mythen beleven als we ze niet begrijpen?

Drie is het nummer van het teveel. Als we de afzonderlijke delen niet begrijpen hoe zouden we dan de synthese of het hogere principe kunnen vatten dat in de samenstelling werkelijkheid wordt.

Het is niet voldoende de ridder af te doen als een representant van sprookjes. In de symboliek wordt de ridder gezien als een voorstelling van het Christus bewustzijn, waarvan de essentie verlossing is. Van ridders weten we dat ze eden afleggen waarin ze beloven voor het zwakke en onderdrukte op te komen. Zoals een kind, evolutief gesproken, een treetje hoger staat dan zijn ouders en voorouders, zo associeert de Ridder met een bewustzijn dat de hogere emoties verlost uit de klauwen van de lagere begeertes. Hij is de drakendoder.

Zoals moeders in angst zich teveel aan hun kinderen vastklampen, overbezorgd zijn. Zoals angst voor de eigen natuur ‘teveel' naar buiten wordt geprojecteerd om er daar korte metten mee te maken. Zoals in seksualiteit nog teveel een uitweg wordt gezien voor een ontmoeting met de eigen creativiteit, zo is de Keizerin de vorstin van de idee (of de illusie) van groei. En de groei van het ene is de verstikking van het andere. Een groeiende huiskattenstand is een bedreiging voor de merels. De groei van een kapitalistische wereld houdt gelijke tred met de verpaupering van een uiterlijke- en innerlijke ‘derde' wereld. 

Partij voor de Liefde

Home - Partij voor de Liefde

28 maart 2024

Bilingual (English & Dutch) website of the international visionary social political movement and Party for Love Governance inspired by Saint Germain of The Great White Brotherhood. - Tweetalige website van de Partij voor de Liefde, een politieke beweging en partij voor de Gouden Eeuw van Aquarius

We hebben 178 gasten en geen leden online

zoeken

Ander Nieuws +